Lucia van der Stoel is manager van een automatiseringsbedrijf. Ze verdient in 2021 een brutoloon van €90.000. Ze heeft eigen huis met een hypothecaire lening van €400.000. Daarover betaalt ze 1,5% rente. Ze heeft verder geen aftrekposten
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
Economie Middelbare schoolhavoLeerjaar 4
In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Lucia van der Stoel is manager van een automatiseringsbedrijf. Ze verdient in 2021 een brutoloon van €90.000. Ze heeft eigen huis met een hypothecaire lening van €400.000. Daarover betaalt ze 1,5% rente. Ze heeft verder geen aftrekposten
Slide 1 - Tekstslide
Lucia van der Stoel is manager van een automatiseringsbedrijf. Ze verdient in 2021 een brutoloon van €90.000. Ze heeft eigen huis met een hypothecaire lening van €400.000. Daarover betaalt ze 1,5% rente. Ze heeft verder geen aftrekposten. Bereken de hypotheekrente die Lucia in 2021 moet betalen
Slide 2 - Open vraag
Belastbaar inkomen
Over welk bedrag moet je belasting betalen?
Bruto inkomen-aftrekposten= belastbaar inkomen
Aftrekposten: giften aan goede doelen, pensioenpremie, rente van je hypothecaire lening
Slide 3 - Tekstslide
Belastbaar inkomen
Aftrekposten: giften aan goede doelen, pensioenpremie, rente van je hypothecaire lening
Aftrekposten zorgen er dus voor dat je minder belasting hoeft te betalen.
Slide 4 - Tekstslide
Bereken het belastbaar inkomen van Lucia
Slide 5 - Open vraag
Ze verdient in 2021 een brutoloon van €90.000.
De rente van de hypothecaire lening was €6.000
Haar belastbaar inkomen is 90.000-6.000=€84.000
Slide 6 - Tekstslide
Schijf
Schijfgrenzen
Heffingspercentage
1
€0 t/m 68.507
37,1%
2
>€68.507
49,5%
Loonheffing-
kortingen
Algemene
€0
Arbeidskorting
€750
Slide 7 - Tekstslide
Bereken het bedrag wat ze moet betalen over schijf 1
Slide 8 - Open vraag
Bereken het bedrag wat ze moet betalen over schijf 1
Ze zit volledig in schijf 1 met haar inkomen. Ze betaalt dus over de €68.507 de belasting en sociale premies van 37,1%
68.507*0,371=€25.416
Slide 9 - Tekstslide
Bereken het bedrag wat ze moet betalen over schijf 2
Slide 10 - Open vraag
Bereken het bedrag wat ze moet betalen over schijf 2
Over de eerste €68.507 heeft ze al belasting betaalt. Ze moet dus nog betalen over 84.000-68.507=€15.493
Hierover betaalt ze 49,5% belasting
15.493*0,495=€7.669
Slide 11 - Tekstslide
Hoeveel betaalt ze in totaal aan belasting? (Schijf 1 €25.416 schijf 2 €7.669)
Slide 12 - Open vraag
Hoeveel betaalt ze in totaal aan belasting?
25.416 + 7.669 -750=€32.335
Slide 13 - Tekstslide
Marginaal tarief?
Hoeveel % belasting betaal ik over mijn laatst verdiende €
Slide 14 - Tekstslide
Marginaal tarief?
Slide 15 - Open vraag
Gemiddelde tarief?
Hoeveel % betaal je gemiddeld aan belasting
Slide 16 - Tekstslide
Gemiddelde tarief
Slide 17 - Open vraag
Gemiddelde tarief
32.335/90.000*100=35,9%
Per €1 betaal je dus gemiddeld 35,9% belasting
Slide 18 - Tekstslide
Progressief belastingstelsel
Naarmate je meer verdient, betaal je % meer belasting
Slide 19 - Tekstslide
Schijf
Schijfgrenzen
Heffingspercentage
1
€0 t/m 68.507
37,1%
2
>€68.507
49,5%
Loonheffing-
kortingen
Algemene
€0
Arbeidskorting
€750
Slide 20 - Tekstslide
Belasting voordeel berekenen met behulp van je marginale tarief
Dankzij je aftrekposten heb je een belasting voordeel.
Over €6.000 hoeft ze nu geen belasting te betalen.
Wat is dan haar voordeel?
Slide 21 - Tekstslide
Wat is dan haar voordeel?
Slide 22 - Open vraag
Voordeel?
6.000*0,495=€2.970
Slide 23 - Tekstslide
Netto rente lasten
Rentelasten-belastingvoordeel=netto rente lasten
Slide 24 - Tekstslide
Wat zijn dan haar netto rente lasten?
Slide 25 - Open vraag
Netto rente lasten
Rentelasten-belastingvoordeel=netto rente lasten
6.000-2.970=€3.030
Slide 26 - Tekstslide
Claudia heeft een bruto inkomen €23.000 en betaalt €6.000 aan hypotheekrente. Verder heeft zijn geen aftrekposten. Hoe hoog is haar marginale tarief?