In deze les zitten 52 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 120 min
Onderdelen in deze les
Blokuur!
Hst 9 én 10 over schrijven/schrijfvaardigheid
Opdracht voor maandag bespreken
Misschien nog even lezen
Slide 1 - Tekstslide
leerdoel
Hoe maak je een goede zinsbouw door logische zinnen te maken?
Wat is een tangconstructie en hoe voorkom je die?
Schrijven met duidelijke woorden
Slide 2 - Tekstslide
Pak je boek en je laptop
Boek open bij blz. 22
Inloggen in deze lessonup.
Het wordt hard werken vandaag!
Uitleg & lessonupvragen door elkaar
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Ik heb een normaal SO gegeven afgelopen vrijdag.
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Actief - het onderwerp doet iets
Passief - er wordt iets gedaan, het onderwerp ondergaat iets
Slide 8 - Tekstslide
Passief/
lijdend
Actief/ bedrijvend
Slide 9 - Tekstslide
Is deze zin actief of passief? Om de titel wordt nog gestreden door twee verschillende steden.
A
Actief
B
Passief
Slide 10 - Quizvraag
Maak deze zin actief: Vandaag wordt door het museum de 100e bezoeker verwacht.
Slide 11 - Open vraag
Maak deze zin actief: De winnende foto is door Soraia uit Rotterdam gemaakt.
Slide 12 - Open vraag
Slide 13 - Tekstslide
Beter:
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Nu aan de slag
Maak vraag 11 op een los papier.
Je levert dit in bij mij als je klaar bent.
Als je klaar bent ga je verder met vraag 12.
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
leerdoel
Schrijven met duidelijke woorden
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Weet je dan hoeveel mensen?
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Tekstslide
Slide 26 - Tekstslide
Slide 27 - Tekstslide
Slide 28 - Tekstslide
Heb jij een 'stopwoord': een woord dat je vaak gebruikt?
Slide 29 - Woordweb
Maak een zin met een 'ouderwets' woord, bijvoorbeeld uit de woordenlijst van blz. 25
Slide 30 - Open vraag
Opdracht voor aanstaande maandag
Schrijf zelf een korte tekst van ongeveer 10-15 zinnen over jouw leven in Den Haag. Dat mag gaan over school, over thuis, of over de buurt waar je in woont. Het mag gaan over iets dat is gebeurd of over iets opvallends dat je hebt gezien of meegemaakt.
Zorg dat je netjes schrijft. Deze tekst neem je mee naar de les.
Slide 31 - Tekstslide
Pak je boek
Lees mee
Vanaf blz. 44
Let op: er komen vragen op het PTO van dit boek!
Slide 32 - Tekstslide
Dit was het voor vandaag!
Slide 33 - Tekstslide
Schrijfvaardigheid
Inleveren huiswerk
Bekijken opdracht 11 van hst 9
(je schrijft mee in je schrift)
Uitleg hst 11
Slide 34 - Tekstslide
leerdoel
Zinsbouw in lastige zinnen verbeteren
Leren hoe je een lezer boeit als je zelf een stukje schrijft
Slide 35 - Tekstslide
Pak je schrift & boek
Boek open bij blz. 23
Schrijf mee in je schrift
Slide 36 - Tekstslide
Lever je huiswerk in
Staat je naam erboven?
Schrijf een korte tekst van ongeveer 10-15 zinnen over jouw leven in Den Haag. Dat mag gaan over school, over thuis, of over de buurt waar je in woont. Het mag gaan over iets dat is gebeurd of over iets opvallends dat je hebt gezien of meegemaakt. Zorg dat je netjes schrijft. Deze tekst neem je mee naar de les op een los papier (dus niet in je schrift)
Slide 37 - Tekstslide
Vraag 11 hoofdstuk 9
Zeevonk is een blauwe gloed die elk jaar met warm weer zichtbaar wordt. Het wordt veroorzaakt door een algensoort. Veel mensen zagen de zeevonk tijdens een wandeling langs
het strand. Ze plaatsten foto’s van het opmerkelijke natuurverschijnsel op sociale media.
Schrijf op en kijk er thuis nog naar.
Slide 38 - Tekstslide
Slide 39 - Tekstslide
Wat is hier niet zo goed?
Slide 40 - Tekstslide
Slide 41 - Tekstslide
Slide 42 - Tekstslide
Slide 43 - Tekstslide
Slide 44 - Tekstslide
Voorbeeld van een voorbeeld
Slide 45 - Tekstslide
Voorbeeld van een vergelijking
Slide 46 - Tekstslide
Slide 47 - Tekstslide
Afmaken van de zin
Maak een tweede zin, achter deze, waarin je een voorbeeld geeft. Schrijf in je schrift.
"Sommige mensen hebben rare hobby's. Zo doet een kennis van mij.................................."
"Ik reis graag naar het buitenland. ............................."
Slide 48 - Tekstslide
Afmaken van de zin
Maak de vergelijking af (geef dus een vergelijking) en schrijf in je schrift deze zin (en maak hem af):
"De kinderen gilden als....."
"De jongen rende weg alsof............."
Slide 49 - Tekstslide
Metafoor
Een vergelijking waarbij je een beeld gebruikt, dat niet letterlijk maar figuurlijk overeenkomt met de werkelijkheid.
Bijv. een rommelige kamer is een ............
Slide 50 - Tekstslide
Aan de slag
Woensdag gaan we weer schrijven, nu samen. Ik zal 6 van jullie stukken kiezen en die gaan we verbeteren.
Als huiswerk lees je hst. 9, 10, 11 de linker kolommen op de linker bladzijde.