1. Laat iemand drie voedingsmiddelen uitzoeken in de supermarkt.
2. Bestudeer het etiket en de verpakking van de producten.
3. Beargumenteer in hoeverre de gegeven informatie misleidend is.
4. Verwerk dit in een overzichtelijke tabel.
5. Lever in bij de docent, inclusief producten.