H4 + H5 woordenschat

H4 + H5 woordenschat
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

H4 + H5 woordenschat

Slide 1 - Tekstslide

Wat is een synoniem voor 'aanschaf'?
A
ergens gebruik van maken
B
aankoop

Slide 2 - Quizvraag

Wat is een synoniem voor 'realiseren'?
A
beseffen
B
Iets realistisch maken

Slide 3 - Quizvraag

Wat betekent 'verstrijken'?
A
Uitgerekt
B
voorbijgaan

Slide 4 - Quizvraag

Wat betekent 'toepassen'?
A
gebruiken
B
verdelen

Slide 5 - Quizvraag

Wat betekent het voorvoegsel 'her-' zoals bij het woord heropening?
A
niet gedaan
B
opnieuw

Slide 6 - Quizvraag

Wat betekent het voorvoegsel ' on...' zoals het woord onbruikbaar?
A
niet
B
gesloten

Slide 7 - Quizvraag

Wat is een tegenstelling voor 'hard'?

Slide 8 - Open vraag

De ring had veel waarde, maar de armband was waardeloos.

Slide 9 - Open vraag

Het huis is goedkoop, maar de aanleg van de thuis was heel duur.

Slide 10 - Open vraag

De leerling was hoopvol over het cijfer voor Engels.

Slide 11 - Open vraag

Aan welke woorden in een zin kan je zien dat er een tegenstelling genoemd wordt?

Slide 12 - Open vraag

Einde Quiz!!

Slide 13 - Tekstslide