Hoofdstuk 1 paragraaf 1 De Gouden eeuw van Nederland (Deel 1)

Hoofdstuk 1: Regenten en Vorsten

1.1 De Gouden eeuw van Nederland
(Deel 1)
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 1: Regenten en Vorsten

1.1 De Gouden eeuw van Nederland
(Deel 1)

Slide 1 - Tekstslide

Tijd van Regenten en Vorsten

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet jij eigenlijk van de Gouden eeuw?

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Tekstslide

De Gouden Eeuw
Nederland kreeg een Gouden Eeuw door: 
  1. Groei van de handel uit Noord en Zuid Europa. 
  2. Groei van handel uit Azie. 
  3. Groei van de handel uit Amerika. 

Een gouden eeuw is: Een lange Bloei periode.

Amsterdam werd in deze eeuw een belangrijk Stapelplaats.  

Slide 5 - Tekstslide

De Gouden Eeuw
Kapitalisme: Systeem waar ondernemers en eigenaren van bedrijven geld in hun bedrijf staken om winst te maken. 

Slide 6 - Tekstslide

De Gouden Eeuw
Kapitalisme in deze tijd wordt Handelskapitalisme genoemd.

Verschil tussen kapitalisme en handelskapitalisme is dat de handelaren de leiding hadden in de economie bij handelskapitalisme. 

Slide 7 - Tekstslide

De Gouden Eeuw
Bij belangrijke stapelplaatsen zoals Amsterdam ontstonden beurzen. Hier konden handelaren: 
  1. Handeldrijven. 
  2. Kopers konden hier goederen keuren. 
  3. Verkopers konden hier hun producten keuren. 

Slide 8 - Tekstslide

De Gouden Eeuw
Concurrent: Iemand die hetzelfde wilt. 

Een slimme handelaar kon meer winst maken als: 
  1. Bij veel aanbod van één product zijn prijs liet zakken onder die van zijn concurrent. 
  2. Bij weinig aanbod van één product zijn prijs liet stijgen om meer winst te maken. 

Slide 9 - Tekstslide

Amsterdam groeide uit zijn voegen. Een tastbaar bewijs hiervan die we vandaag de dag nog kunnen zien is:
A
de haven
B
de grachtengordel
C
het rijksmuseum

Slide 10 - Quizvraag

De bron past bij het begrip stapelplaats. Leg uit waarom.

A
Dit begrip heeft er niets mee te maken,
B
Omdat de gemarkeerde stukken (oranje en groen) groter werden.
C
Omdat graan uit Noordoost-Europa in Nederland werd opgeslagen en vandaar naar Zuidwest-Europa vervoerd werd.
D
Omdat je handelsroutes ziet.

Slide 11 - Quizvraag

Begrippen uit deze les
  • Gouden eeuw
  • Stapelplaatsen
  • Ondernemers
  • Kapitalisme
  • Handelskapitalisme
  • Beurzen
  • Concurrenten

Slide 12 - Tekstslide

Leg in je eigen woorden uit hoe de
economie van Nederland in de 17de eeuw groeide

Slide 13 - Open vraag

Leg uit hoe de landbouwproductie van Nederland groeide.

Slide 14 - Open vraag