Klas 1 werkwoordspelling
Ik (vinden) Italië een prachtig land.
1 / 12
Onderdelen in deze les
Ik (vinden) Italië een prachtig land.
Slide 1 - Open vraag
Jij (vinden) Italië vast een prachtig land.
Slide 2 - Open vraag
(Vinden) jij Italië een mooi land?
Slide 3 - Open vraag
Kim (vinden) je vaak iets te enthousiast.
Slide 4 - Open vraag
Hij (merken) niets van die wond.
Slide 5 - Open vraag
Onze coördinator (geloven) niet dat wij onschuldig zijn.
Slide 6 - Open vraag
Je (branden) je vingers nog aan dat hete fornuis.
Slide 7 - Open vraag
In dit weiland (grazen) het hele jaar door een kudde schapen.
Slide 8 - Open vraag
De parachutisten (springen) uit het vliegtuig.
Slide 9 - Open vraag
Maak een goede zin met het werkwoord 'meldt'
Slide 10 - Open vraag
Maak een goede zin met het werkwoord 'meld'.
Slide 11 - Open vraag
Maak een goede zin met het werkwoord 'branden'.
