In een vat van 5,0 L brengt men 0,60 mol
stikstof en 1,60 mol waterstof. Bij evenwicht
blijkt er 0,70 mol ammoniak te zijn gevormd.
Bereken de concentraties (in mol/L) van
alle stoffen bij evenwicht.
Bereken daarna de evenwichtsconstante
Werk de opgave uit op papier.