Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Plurals herhaling KWT
Plurals
Meervoud
Herhaling
KWT
1 / 26
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Engels
Middelbare school
vmbo k, mavo
Leerjaar 1,2
In deze les zitten
26 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Plurals
Meervoud
Herhaling
KWT
Slide 1 - Tekstslide
Aan het einde van de les heb je geoefend met kijk en luistervaardigheid
Slide 2 - Tekstslide
meervoud?
Slide 3 - Woordweb
Which is NOT plural?
A
books
B
chairs
C
cooks
D
man
Slide 4 - Quizvraag
Meervoud
De standaard regel is:
Zet -s achter het zelfstandig naamwoord
Voorbeeld:
1 dog - 2 dogs
1 cat - 2 cats
1 day - 2 days
1 chicken - 2 chickens
Slide 5 - Tekstslide
Turn into plurals:
dog, cat, book, chair, pen, pencil
Slide 6 - Open vraag
Which is NOT correct?
A
lines
B
pencils
C
potatos
D
tomatoes
Slide 7 - Quizvraag
Which is NOT correct?
A
dogs
B
cats
C
hats
D
heros
Slide 8 - Quizvraag
Verandering van spelling
Eindigt een woord op -s klank dan zet je er -es achter
Eindigt een woord op -o dan zet je er -es achter.
Voorbeeld:
Hero - heroes
Kiss - kisses
Bus - buses
Potato - potatoes
Slide 9 - Tekstslide
Make plurals plurals:
bus, tomato, hero, kiss, cross
Slide 10 - Open vraag
Which is/are correct?
A
Babys
B
Babies
C
Studys
D
Studies
Slide 11 - Quizvraag
Which is correct?
A
trys
B
toys
C
toies
D
playes
Slide 12 - Quizvraag
Verandering van spelling
Eindigt het woord op medeklinker + y dan wordt het -ies bij meervoud.
Voorbeeld:
baby - babies
pony - ponies
hobby - hobbies
possibility - possibilities
Slide 13 - Tekstslide
Let op!
Eindigt het woord op klinker + y dan zet je er -s achter.
Voorbeeld:
boy - boys
day - days
play - plays
toy - toys
Slide 14 - Tekstslide
Make plural:
toy, boy, try, study, baby
Slide 15 - Open vraag
Which is correct?
A
wolfs
B
wolves
C
knifes
D
wifes
Slide 16 - Quizvraag
Which is correct?
A
wolfes
B
wifes
C
knifes
D
knives
Slide 17 - Quizvraag
Verandering van spelling
Eindigt het woord op -f / -fe dan wordt dit -ves bij meervoud.
Voorbeeld:
Wife - wives
life - lives
calf - calves
shelf - shelves
Slide 18 - Tekstslide
Make plural:
wife, wolf, knife, toy, book
Slide 19 - Open vraag
Uitzonderingen
Deze moet je uit je hoofd leren:
Child - children woman - women
man - men mouse - mice
foot - feet tooth - teeth
sheep - sheep fish - fish
Slide 20 - Tekstslide
Which plural is correct?
A
mans
B
men
Slide 21 - Quizvraag
Which plural is correct?
A
childs
B
mans
C
mens
D
mice
Slide 22 - Quizvraag
Which plural is correct
A
foots
B
sheeps
C
feet
D
womans
Slide 23 - Quizvraag
Which plural is correct?
A
Fishes
B
Womans
C
Women
D
Childs
Slide 24 - Quizvraag
Make plurals:
man, toy, baby, potato, wolf
Slide 25 - Open vraag
Ga naar blz. 111
Slide 26 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Plurals herhaling KWT
December 2021
- Les met
23 slides
Engels
Middelbare school
vmbo k, mavo
Leerjaar 1,2
Plurals
November 2019
- Les met
20 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Plurals uitleg + oefening klas 1G en 1H
Januari 2024
- Les met
19 slides
Engels
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Recap grammar
Maart 2023
- Les met
21 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
E Writing & Grammar
Maart 2023
- Les met
23 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
Meervoud
September 2024
- Les met
40 slides
Engels
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 1
Herhaling Plurals
Januari 2023
- Les met
24 slides
Engels
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
1TH Les 28 LB Plurals and demonstrative pronouns
November 2023
- Les met
29 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1