Week 13 - les 2 - gram z H5

1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
Grammatica hoofdstuk 5

Week 15 - bespreken van summatieve toeten (algemeen)

Slide 2 - Tekstslide

Hoe vind je het lijdend voorwerp? Hoe vind je het meewerkend voorwerp?

Slide 3 - Open vraag

Wat is het meewerkend voorwerp in de zin: De verdwaalde toerist vroeg de weg aan de politieagent.
A
de verdwaalde toeriest
B
de weg
C
aan de politieagent
D
de politieagent

Slide 4 - Quizvraag

Wat is het meewerkend voorwerp van de zin: de stad Amersfoort doneert de speeltuinvereniging jaarlijks subsidie.

Slide 5 - Open vraag

De regering geeft het onderwijs extra geld. Meewerkend voorwerp =
A
het onderwijs
B
de regering
C
extra geld

Slide 6 - Quizvraag

Bedenk zelf een zin met een meewerkend voorwerp en lijdend voorwerp. Benoem ook wat wat is.

Slide 7 - Open vraag

Voor de school stond een groep jongens. Deze zin bevat .... meewerkend voorwerp
A
wel
B
geen

Slide 8 - Quizvraag

Ontleed de zin. Benoem pv, ow, wg, lv en mv. Zet streepjes. Zij heeft hem het nieuwtje al verteld.

Slide 9 - Open vraag

Ontleed de zin. Benoem pv, wg, ow, lv en mv. Hem geef ik niets.

Slide 10 - Open vraag

Ze brachten hem direct naar het ziekenhuis. Hem =
A
ow
B
lv
C
mv
D
iets anders

Slide 11 - Quizvraag

Aan het werk!
havo: opdr. 1, 2 en 4
vwo: opdr. 2, 3 en 4

Slide 12 - Tekstslide