Drogredenen, les 4 argumenteren 4H

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Goedemorgen!

Lesdoelen

• Je weet of je de argumentatieschema's snapt (we bespreken het huiswerk)
• Je leert wat drogredenen zijn

Argumentatieschema's

Opdracht 1 en 2, p. 206

Drogreden

Een drogreden is een reden of redenering die niet klopt, maar wel aannemelijk lijkt. Drogredenen worden vaak in discussies gebruikt, maar ook wel in andere situatie

Drogredenen

• Onjuist beroep op oorzaak-gevolgrelatie
• Onjuist beroep op kenmerk/eigenschapsschema
• Onjuist beroep op voor- en nadelenschema: Overdrijven van voor- of nadelen
• Onjuist beroep op voor- of nadelenschema: vals dilemma
• Onjuist beroep op voorbeeldschema: Overhaaste generalisatie
• Onjuist beroep op vergelijkingsschema: Verkeerde vergelijking
• Onjuist beroep op autoriteitsschema

De onjuiste oorzaak-gevolgrelatie

Er wordt tussen twee zaken een oorzaak-gevolgrelatie gelegd, terwijl die er niet is.

Veel ouderen die op een e-bike rijden hebben een ongeval gehad, dus is het rijden met een e-bike gevaarlijk.

Onjuist beroep op kenmerk/eigenschap

Diederik is een hooligan, want hij zit onder de tattoos.

Vals dilemma

De regering moet nu maar eens een duidelijke keuze maken: óf meer lessen Nederlands óf een slechtere beheersing van de Nederlandse taal met alle gevolgen van dien. 

De verkeerde vergelijking

Je vergelijkt onterecht twee zaken met elkaar.

Volgens de NS hoeft in de sprinter geen wc te zitten. In een bus zit die toch ook niet.

De overhaaste generalisatie 

Op grond van een of een enkel voorval wordt er een conclusie getrokken die voor alle gevallen geldt.

Mijn opa dronk elke dag een paar glazen jenever en is 98 jaar geworden, alcohol drinken is dus helemaal niet ongezond. 

Onjuiste autoriteit

De directeur van de KLM zei het laatst ook al: het valt reuze mee met de hoeveelheid CO2 die vrijkomt door vliegtuigen.

Werklozen zijn te beroerd om te werken, dat zie je wel aan mijn buurman.

1. onjuiste oorzaak-gevolgrelatie
2. verkeerde vergelijking
3. onjuiste autoriteit
4. Overhaaste generalisatie

Op basis van te weinig gegevens stelt iemand een algemene regel vast

Supermarktmedewerkers moeten niet klagen als ze overuren maken, want winkeliers werken ook op koopavonden en zaterdag

1. onjuiste oorzaak-gevolgrelatie
2. verkeerde vergelijking
3. cirkelredening
4. generalisatie

er worden dingen met elkaar vergeleken die eigenlijk niet te vergelijken zijn

Iemand die niet vooraf een proefexamen maakt, haalt een slecht resultaat. Jim heeft een onvoldoende, dus hij heeft het proefexamen niet gemaakt.

1. onjuiste oorzaak-gevolgrelatie
2. verkeerde vergelijking
3. cirkelredenering
4. generalisatie

Een foute conclusie trekken; een verkeerde voorstelling van oorzaak en gevolg.

Aan de slag

Maak van Cursus 6, paragraaf 3: opdracht 3 en 5 (p. 207-208 van je boek

Maak van Cursus 6, paragraaf 4: opdracht 2 en 3 (p. 212)

Wat niet af is, is huiswerk voor morgen!