In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Eindtoets Gedrag H4 Nectar
Slide 1 - Tekstslide
Wat is een voorbeeld van gedrag?
A
Het verteren van je eten in je darmen
B
Je hoort iemand je naam roepen
C
Het kloppen van je hart
D
Je schopt tegen een bal aan
Slide 2 - Quizvraag
Wel of geen gedrag?
Sleep de stukjes tekst naar de juiste plaats.
Geen gedrag
Wel gedrag
Een appel valt van een boom.
Een baby slaapt.
Een bliksem slaat in de grond.
Een kip legt een ei.
Een plant bloeit.
Kaya bloost wanneer ze Marc ziet
Slide 3 - Sleepvraag
1. je ziet de bal aankomen 4. je roept je vriend 2. je hoort je naam roepen 5. je schopt tegen de bal 3. je voelt je angstig 6. je hebt honger
Wat zijn uitwendige prikkels?
A
1,2 3 en 4
B
2,3 4 en 6
C
3 en 6
D
1 en 2
Slide 4 - Quizvraag
1. je voelt dat je moet poepen 2. een vogel zingt een lied 3. een baby drinkt melk 4. een kat ziet een muis 5. dorst hebben 6. verliefd gevoel Wat zijn inwendige prikkels ?
A
1, 5 en 6
B
2, 3 en 4
C
1, 2 en 4
D
2, 5 en 6
Slide 5 - Quizvraag
1. je ruikt een vieze geur 2.een mannetjeshond maakt een geurspoor met zijn plas 3.een mannetjeszwaan doet een paringsdans 4.je voelt je misselijk 5.een tijger ziet zijn prooi Wat is GEDRAG?
A
nummers 1 en 4
B
nummers 1, 3 en 4
C
nummers 2 en 3
D
nummers 2, 3 en 5
Slide 6 - Quizvraag
Een prikkel die je waarneemt met je zintuigen is een
A
inwendige prikkel
B
uitwendige prikkel
C
zintuigprikkel
D
overdreven prikkel
Slide 7 - Quizvraag
Een aapje doet zijn vader na door ook een noot te wassen in het meertje Deze vorm van leren heet
A
Imiteren
B
oefenen
C
Inzicht
D
aangeboren gedrag
Slide 8 - Quizvraag
Een duif tikt op en rode knop en krijgt dan een voedselbrokje Deze manier van leren heet
A
Imiteren
B
oefenen
C
Inzicht
D
aangeboren gedrag
Slide 9 - Quizvraag
Een jong vogeltje, met dichte oogjes opent zijn bekje wanneer hij het nest voelt trillen. Dat is
A
Imiteren
B
Oefenen
C
Inzicht
D
aangeboren gedrag
Slide 10 - Quizvraag
Een rat loopt door een doolhofje waar door een bioloog voedsel is verstopt. De rat vindt het voedsel na elke nieuwe poging steeds sneller. Dit heet leren door................
A
Imiteren
B
oefenen
C
Inzicht
D
aangeboren gedrag
Slide 11 - Quizvraag
Hieronder staan voorbeelden van gedrag.
Is er sprake van aangeboren of aangeleerd gedrag?
aangeboren gedrag
aangeleerd gedrag
Een baby zuigt melk bij de moeder.
Een hond zwemt.
Een kat gebruikt een kattenluikje om naar binnen en naar buiten te gaan.
Een kat rent achter een muis aan.
Een meisje speelt gitaar.
Een papegaai zegt "hallo".
Slide 12 - Sleepvraag
Het signaal van deze hond is een
A
beweging
B
kleur
C
geluid
D
geur
Slide 13 - Quizvraag
De paringsdans van zwanen Welke signalen gebruiken ze?