Een tekst is meestal verdeeld in alinea’s. Een alinea bestaat uit een aantal zinnen die over hetzelfde (deel)onderwerp gaan.
In een tekst over topsport kunnen de alinea’s bijvoorbeeld gaan over hoeveel uren topsporters trainen, hoe ze omgaan met winnen en verliezen en wat topsporters wel en niet mogen eten.
Slide 10 - Tekstslide
Tekst met witregel
Slide 11 - Tekstslide
Tekst met insprong
Slide 12 - Tekstslide
Wat zijn kernzinnen?
-Belangrijkste zin uit een alinea
-Aan het begin of einde van de alinea
Slide 13 - Tekstslide
Maken
Cursus 1 - Meer dan lezen
§4 - Tekstdoelen en tekstsoorten
§5 - Alinea's en kernzinnen
KLAAR?
Verder lezen of extra opdrachten
timer
10:00
Slide 14 - Tekstslide
Pauze
Pauze
timer
4:00
Slide 15 - Tekstslide
Maken
Cursus 1 - Meer dan lezen
§4 - Tekstdoelen en tekstsoorten
§5 - Alinea's en kernzinnen
KLAAR?
Verder lezen of extra opdrachten
timer
15:00
Slide 16 - Tekstslide
OEFENEN in tweetallen
1. Zet de tekst op de juiste volgorde
2. Schrijf per alinea op welk tekstgedeelte het is (inleiding, middenstuk, slot)
3. Markeer de kernzinnen
KLAAR? MAAK DE EXTRA'S
timer
15:00
Slide 17 - Tekstslide
Nabespreken
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Oefentoets maken
-OEFENTOETS VAN LEZEN §4 EN §5-
Tip: de toets haalt alles wat je moeilijk vond eruit zodat je daar nog mee kunt oefenen
