DDG opdrachten zorglab

Planning
- Terugblik: soorten agressie en territoriumleer 
- Crisisontwikkelingsmodel
- Toetsopdracht DDG
- Aan de slag
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Planning
- Terugblik: soorten agressie en territoriumleer 
- Crisisontwikkelingsmodel
- Toetsopdracht DDG
- Aan de slag

Slide 1 - Tekstslide

Welke 3 vormen van agressief gedrag kunnen mensen inzetten?

Slide 2 - Open vraag

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Een zorgvrager die op zijn vingers fluit als hij wil dat een verpleegkundige hem komt helpen, doet aan:
A
Frustratie agressie
B
Instrumentele agressie
C
Impulsieve agressie

Slide 6 - Quizvraag

Territoriumleer:
A
Een theorie die benoemt hoe men functioneert op het moment van (mogelijke) interactie.
B
Beschrijft het in kaart brengen van agressie.
C
Is een de-escalatie model.

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Tekstslide

Welke onderdelen van de territoriumleer zijn juist?
A
Persoonlijke ruimte en actieradius
B
Persoonlijke ruimte en persoonlijke arena
C
Psychologische ruimte en publieke arena

Slide 9 - Quizvraag

Welke activiteiten behorende bij de schuilplaats in de territoriumleer zijn juist?
A
Onderhouden van contacten.
B
Je terugtrekken in je gedachtewereld.
C
Je grenzen aangeven ten aanzien van nabijheid van de ander.

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Wat kan je volgens het crisisontwikkelingsmodel doen wanneer er sprake is van Reëel gevaar voor controle verlies?
A
Ruimte bieden
B
Grenzen stellen en onderhandelen
C
Bewegingsvrijheid beperken

Slide 13 - Quizvraag

De belangrijkste symptomen bij controle verlies ( fase 3 crisisontwikkelingsmodel) zijn hevige motorische onrust, flinke stemverheffing, destructiemateriaal.
Jij gaat vooral:

A
Goed gedrag positief bekrachtigen.
B
Onderhandelen.
C
Diegene naar zijn kamer of buiten sturen.

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Video

Vragen bij filmpje
- Welke maatregelen neemt de baliemedewerker naar de bezoeker?
- Wat had de baliemedewerker anders kunnen doen, hoe had hij dit anders kunnen doen?
- Welke fasen van het crisisontwikkelingsmodel signaleer je?

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

DDG toetsopdracht

1. Wees niet jezelf, wees professioneel! Maar bovenal: kén jezelf!!
2. Ademhaling.
3. Als het onrustig is, let dan op je eigen ademhaling.
4. Niet in je hoofd schieten, eventueel handen op je buik.
5. Positie
6. Kijk waar je staat, zorg dat je bij een deur staat: vluchtweg.
7. Houding
8. Ben je bewust van je houding, sta je, zit je, hoe groot is de afstand?
9. Oogcontact
10. Beslis wel of geen oogcontact.




Slide 18 - Tekstslide

Vervolg DDG opdrachten
11. Wel: je kunt zien wat iemand van plan is.
12. Niet: iemand kan het als agressief ervaren (bij bepaalde ziekten: paranoia, autisme enz.). Ken uw cliënt!!!
13. Noem naam. Spreek cliënt aan bij de naam: dan ís het iemand.
14. Praat zelf rustig
15. Zeg wat je gaat doen.
16. Verschil tussen directief (vanuit gezag, respect: vaak win-win-situatie) en autoritair (vanuit macht en machteloosheid: vaak verliesverliessituatie).
17. Blijf in beweging.
18. Niet te neurotisch bewegen. Door beweging ben je minder snel te pakken.
19. Object ertussen.
20. Zorg dat je iets ziet in omgeving dat je tussen jou en cliënt kan zetten: dienblad, stoel enz.

Slide 19 - Tekstslide

DDG toetsopdracht
- Maak in groepjes een instructieposter waarin minimaal 12 verschillende aandachtspunten van de basishouding bij dreigend agressief gedrag visueel opstaan.
- Deze instructieposter wordt opgehangen in de verpleegpost.
- De instructieposter is visueel, dwz het beeld is leidend, maak dus gebruik van plaatjes.
- De instructieposter mag zowel digitaal als op papier worden gemaakt
- In een aanvullend verslag beschrijf je door jou gemaakte keuzes t.a.v. ontworpen instructiekaart. Beantwoord hiervoor de volgende vragen:
1. Welke basishoudingen zijn visueel uitgewerkt?
2. Waarom heb je juist voor deze basishoudingen gekozen?
3. Welke overwegingen in de lay-out (t.a.v. structuur, volgorde, plaats op de kaart etc.) van de instructiekaart heb je gemaakt?
4. Waarom heb je dit gedaan?
5. Beschrijf van ieder groepslid de individuele bijdrage
6. Wat ging er goed in de samenwerking?
7. Wat kan beter in de samenwerking?

Slide 20 - Tekstslide

Aan de slag
- Verder met de DDG-opdrachten

Volgende les: pessen --> uitleg inleveropdracht verpleegplan

Slide 21 - Tekstslide