Do 30 minuten Woordenschat DAARNA werken aan achterstanden met mw. Wendy
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1
In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 19 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wat staat er op de planning?
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Wat weet je nog?
Wat doe je als je een woord
niet begrijpt?
Slide 5 - Tekstslide
1.2
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Even samen
oefenen.....
Slide 13 - Tekstslide
Kies de juiste betekenis van het woord met HOOFDLETTERS.
Nu Suze vijf jaar in Spanje woont, spreekt ze eindelijk ACCENTLOOS Spaans.
A
Zonder accent
B
Met accent
Slide 14 - Quizvraag
Kies de juiste betekenis van het woord met HOOFDLETTERS.
Met vrijwilligerswerk kun je een BETEKENISVOLLE bijdrage leveren aan onze samenleving.
A
Met weinig betekenis
B
Van veel betekenis
Slide 15 - Quizvraag
Kies de juiste betekenis van het woord met HOOFDLETTERS.
Op 4 mei HERDENKEN we de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog en oorlogen die daarna kwamen.
A
Niet meer aan iets of iemand denken
B
Opnieuw aan iets of iemand denken
Slide 16 - Quizvraag
Kies de juiste betekenis van het woord met HOOFDLETTERS.
De snelle temperatuurwisselingen van de afgelopen maanden zijn ONGUNSTIG voor de mens en de natuur
A
Niet goed
B
Heel goed
Slide 17 - Quizvraag
Kies de juiste betekenis van het woord met HOOFDLETTERS.
Pas drie uur na het ongeval was de weg weer BEGAANBAAR.
A
Je kunt er overheen lopen of rijden.
B
Je durft er niet overheen lopen of rijden.
Slide 18 - Quizvraag
Stuur een foto op waarbij iemand iets ONHANDIGS doet.
Slide 19 - Open vraag
Vul het juiste woorddeel in. Kies uit: baar – ist – lijk – vol
Met veel succes = succes.....
A
succesbaar
B
succesist
C
succeslijk
D
succesvol
Slide 20 - Quizvraag
Vul het juiste woorddeel in. Kies uit: baar – ist – lijk – vol
Over de inhoud = inhoud.....
A
inhoudbaar
B
inhoudist
C
inhoudlijk
D
inhoudvol
Slide 21 - Quizvraag
Vul het juiste woorddeel in. Kies uit: baar – ist – lijk – vol
Over de inhoud = inhoud.....
A
inhoudbaar
B
inhoudist
C
inhoudelijk
D
inhoudvol
Slide 22 - Quizvraag
Noteer in je eigen woorden wat woord met de HOOFDLETTERS betekent.
In Engeland gaan ze het HUIZENTEKORT hard aanpakken. Dit gaan ze niet doen door steden uit te breiden, maar door nieuwe dorpen te bouwen op het platteland.
Slide 23 - Open vraag
Noteer in je eigen woorden wat woord met de HOOFDLETTERS betekent.
Bataviastad is een verzameling winkels waar MERKPRODUCTEN met kortingen worden verkocht. Het gaat vooral om artikelen uit de collecties van het vorige seizoen.