Les 3 Difussie en osmose deel 1 en les 4

Vandaag
Planning
Herhalen basisstof 1
Filmpjes kijken en samenvatten
Uitleg diffusie en osmose 
Inzetten practicum gummiberen
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Vandaag
Planning
Herhalen basisstof 1
Filmpjes kijken en samenvatten
Uitleg diffusie en osmose 
Inzetten practicum gummiberen

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
We gaan leren:
Hoe het proces van diffusie werkt.
Hoe het proces van osmose werkt.
Hoe cellen kunnen reageren op osmose. 

Slide 2 - Tekstslide

Welk organel vouwt eiwitten?
A
ER
B
Mitochondrium
C
Golgi-systeem
D
Celkern

Slide 3 - Quizvraag

Welk organel levert aminozuren als een eiwit word gemaakt?
A
Golgi-systeem
B
ER
C
Ribosomen
D
Mitochondrium

Slide 4 - Quizvraag

Wat voor proces vind er in mitochondria plaats?

Slide 5 - Open vraag

Waaruit komt het ''recept'' voor eiwitten?
A
ER
B
Mitochondrium
C
Golgi-systeem
D
Celkern

Slide 6 - Quizvraag

Stoffen in cellen
Zoals we vorige les hebben kunnen zien, is de cel een fabriek waar heel veel processen in plaatsvinden. Dit betekend dat de cel, net als bij een fabriek, spullen van buiten nodig heeft, en zelf ook dingen naar buiten brengt. Dit heet transport. In cellen zijn er twee vormen van transport: diffusie en osmose. 

Slide 7 - Tekstslide

Difussie
Diffusie is een vorm van transport waarbij alle stoffen, behalve water, getransporteerd worden. Stoffen willen namelijk altijd zo ver mogelijk verspreid zijn, en dit gebeurd ook overal in de natuur. Dit gebeurd ook binnen en buiten de cel, bijvoorbeeld met O2 en CO2.

Deeltjes gaan dus altijd van een plek waar de veel aanwezig zijn, naar en plek waar ze minder aanwezig zijn. 

Slide 8 - Tekstslide

Diffusie in longen

Slide 9 - Tekstslide

Osmose
Osmose is niet het transport van stoffen, maar van water. Wat wilt namelijk altijd op de plek zijn waar de concentratie het hoogst is, om zo overal de concentratie gelijk te maken. Als er dus veel zout of suiker in de cel zit, gaat er vanzelf ook veel water naartoe. 

Zowel diffusie als osmose zijn vormen van passief transport; het gebeurd vanzelf. Als de cel ergens energie (ATP) om iets te vervoeren, heb je te maken met actief transport.

Slide 10 - Tekstslide

Hypotoon - Isotoon - Hypertoon

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Link

Drenkeling
Men zegt altijd dat je nooit zee water mag drinken omdat je hierdoor juist uitdroogt. Kan iemand uitleggen waarom aan de hand van osmose?

Slide 13 - Tekstslide

les 4 
Doorwerken paragraaf 3.2
Einde les: gezamenlijk nakijken 3.2

Slide 14 - Tekstslide