MAW 6v P1 W2

MAW 6v P1 W2
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 55 min

Onderdelen in deze les

MAW 6v P1 W2

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

§9.2 Rationele actor-paradigma

Slide 2 - Tekstslide

Pagina 185
Leerdoelen
  • Ik weet wat het rationele actor-paradigma is en kan dit herkennen, uitleggen en toepassen.
  • Ik ken de drie belangrijkste aannames van het rationele-actor paradigma.
  • Ik weet hoe het rationele-actor paradigma is ontstaan en wat de denkbeelden van Adam Smith waren. 
  • Ik kan een voorbeeld noemen van een theorie bij dit paradigma.
  • Ik kan uitleggen hoe dit paradigma van invloed is op het hoofdconcept verandering. 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rationele actor-paradigma
Het handelen van zowel een individu als van het collectief wordt gezien als gevolg van logische afwegingen

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nutsmaximalisatie
Het streven naar zoveel mogelijk baten en zo min mogelijk kosten

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Belangrijke aannames
  1. Handelingsmogelijkheden doelgericht afwegen met een rationele afweging van kosten en/of baten
  2. Rationeel handelen van actoren ordent de samenleving 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Belangrijke aannames
3. Handelen vanuit een afweging tot nutsmaximalisatie door het individu kan nadelige gevolgen hebben voor het collectief

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies




Waarom zijn sommige landen zeer welvarend en andere landen minder?
Waarom zijn sommige landen zeer welvarend en andere landen minder?

Slide 8 - Open vraag

Deze vraag is ter introductie op de gedachtegang van Adam Smith. Hij stelde zichzelf deze vraag ook. 
Adam Smith
Waarom zijn sommige landen zeer welvarend en andere landen minder?
The Wealth of Nations

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Arbeidsdeling
Taken worden opgesplitst en mensen specialiseren zich in bepaalde handelingen dan kan er veel meer geproduceerd worden.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vrije markt
Een markt waar goederen en diensten van de ene specialist kunnen worden geruild met die van een ander. 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Criminologische
theorie
Rationele keuze theorie:

Wanneer de baten hoger zijn dan de kosten, dan is de kans groot dat iemand voor crimineel gedrag kiest

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdconcept Verandering
Het hoofdconcept Verandering verwijst naar richting en tempo van ontwikkelingen in de samenleving en de (on)mogelijkheden deze te beïnvloeden

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies



Het filmpje over de accijnzen op sigaretten is een voorbeeld van het rationele actor-paradigma
Het filmpje over de accijnzen op sigaretten is een voorbeeld van het rationele actor-paradigma
Eens
Oneens

Slide 16 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
Lezen §9.2: Rationele actor paradigma (LB blz. 185-187) 

Maken opdrachtenboek: §9.2 (OB blz. 122-127): Tekstverkenners 9.2, 7*, 9* 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

§9.3 Conflict paradgima

Slide 18 - Tekstslide

Pagina 188
Conflict-paradigma
Groepen voeren in de samenleving een belangenstrijd met elkaar

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Belangrijke aannames
  1. Ongelijkheden in de samenleving zijn het gevolg van machtsverschillen
  2. Ongelijkheden leiden uiteindelijk tot tegenstellingen, conflicten of strijd

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Belangrijke aannames
3. Strijd kan resulteren in het verdwijnen van ongelijkheden
4. Na strijd kan gelijkheid ontstaan, maar na verloop van tijd zijn er weer nieuwe vormen van ongelijkheid

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Uit Seneca, p. 188
Karl Marx
Das Kapital - analyse vrije marksysteem
Kapitaalbezitters
Arbeiders
Sociale ongelijkheid en conflicten tussen groepen met belangentegenstellingen staan centraal

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1

Slide 24 - Video

Deze slide heeft geen instructies

01:15



Welk begrip past bij dit verschil?
Welk begrip past bij dit verschil?
A
Rationele actor
B
Inflatie
C
Sociale ongelijkheid
D
Conflict

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Criminologische
theorie
Structurele deviantie theorie:

Criminaliteit is een logisch resultaat van sociale ongelijkheid in een samenleving

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdconcept Verhouding
Het hoofdconcept Verhouding verwijst naar de wijze waarop mensen zich van elkaar onderscheiden en tot elkaar verhouden. En de manier waarop samenlevingen in sociale zin vormgeven aan deze verschillen. Het verwijst ook naar onderlinge betrekkingen tussen staten.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Conflict paradigma
Verhouding
Sociale ongelijkheid, macht en conflict passen hierbij
Belangentegenstelling is de motor voor veranderingsprocessen
Verandering

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Diploma-inflatie
Er zijn steeds meer diploma's nodig voor een bepaalde baan. Hoe meer mensen een diploma bezitten, hoe minder deze waard is. 

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Digitale kloof
Sommige mensen zijn digibeet en anderen digitaal zeer vaardig. Deze kloof vergroot de sociale ongelijkheid.

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
Lezen §9.3: Conflict paradigma (LB blz. 188-190)

Maken opdrachtenboek: 

§9.3 (OB blz. 128-132): Tekstverkenners 9.3, 12, 13*, 14*

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies