Marketing oefentoets blok 1 t/m 3

Antwoorden oefentoets blok 1 t/m 3

T.boertien@ooz.nl
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
Economie & OndernemenMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Antwoorden oefentoets blok 1 t/m 3

T.boertien@ooz.nl

Slide 1 - Tekstslide

Vraag 1
  • 1. Geef de definitie van het begrip marketing (2pnt)

  • Antwoord:
  • Marketing is alle activiteit die een bedrijf uitvoert om de verkoop van producten of diensten te bevorderen.

Slide 2 - Tekstslide

Vraag 2
  • 2. Welke zes marketingsinstrumenten heb je? (3pnt)

  • Antwoord
  • Product, prijs, plaats, promotie, personeel, presentatie

Slide 3 - Tekstslide

Vraag 3
  • 3. Wat wordt er bedoeld met assortiment? (2 pnt)

  • Antwoord:
  • Het assortiment is de verzameling van alle producten of diensten die een bedrijf aanbiedt, inclusief varianten en soorten.

Slide 4 - Tekstslide

Vraag 4
4. Kruis bij elk product aan of dit bij “goederen” of bij “diensten” hoort (3 pnt)



Slide 5 - Tekstslide

Vraag 5
  • 5. Welke stelling is juist? Omcirkel het juiste antwoord (1pnt)

  • Antwoord:
  • B. A-merken zijn duurder dan winkelmerken en de kwaliteit is vrijwel gelijk.

Slide 6 - Tekstslide

Vraag 6 
  • 6. Ramona koopt een nieuwe scooter. Hoort de scooter die zij heeft aangeschaft bij specialty goods of convenience goods?  (2 pt)

  • Antwoord:
  • De scooter valt onder specialty goods. Dit komt omdat een scooter een duur, speciaal product is waarbij de klant uitgebreid onderzoek doet voor de aankoop.

Slide 7 - Tekstslide

Vraag 7
  • 7. Wat zijn de materiële eigenschappen van een bureaustoel. Noem er minimaal drie (2 pnt)

  • Antwoord:
  1. Zitcomfort
  2. Materiaal (zoals leer of stof)
  3. Verstelbaarheid

Slide 8 - Tekstslide

Vraag 8
  • 8. Fietsenmaker Jan vindt het marketinginstrument personeel niet zo belangrijk. “Het enige wat je moet doen is fietsen onderhouden en verhuren” zegt hij. Elias is niet met hem eens. Leg uit waarom (2pnt)

  • Antwoord:
  • Personeel is belangrijk omdat het contact met de klant de service kan verbeteren, klanttevredenheid kan verhogen, en zorgt voor een goede reputatie van het bedrijf.

Slide 9 - Tekstslide

Vraag 9
  • 9. Geef de definitie van het begrip guerrillamarketing (2 pnt)

  • Antwoord:
  • Guerrillamarketing is een creatieve en vaak onverwachte marketingstrategie waarbij met minimale middelen en kosten een maximaal effect wordt nagestreefd.

Slide 10 - Tekstslide

Vraag 10
  • 10. Hoe noem je het bedrag dat een bedrijf beschikbaar stelt voor marketingactiviteiten? (2pnt)

  • Antwoord:
  • Het marketingbudget.

Slide 11 - Tekstslide

Vraag 11
  • 11. Wat is interactieve marketing? (2pnt)

  • Antwoord:
  • Interactieve marketing is een vorm van marketing waarbij bedrijven een directe en persoonlijke relatie met klanten opbouwen, vaak via online interactie of sociale media.

Slide 12 - Tekstslide

Vraag 12
  • 12. Wat bedoelen we met psychologische prijs? (2pnt)

  • Antwoord:
  • Psychologische prijs is een prijsstrategie waarbij een product net onder een rond bedrag wordt geprijsd, zoals € 9,99 in plaats van € 10,00, om het aantrekkelijker te maken voor klanten.

Slide 13 - Tekstslide

Vraag 13
  • 13. Stefano stelt een consumentenprijs vast van € 181,50 voor de fiets. Welk bedrag moet Stefano afdragen aan de belastingdienst? Laat de berekening zien! (2 pnt)

  • Antwoord:
  • Stel dat de btw 21% is.
  • Het bedrag exclusief btw = € 181,50 ÷ 1,21 = € 150
  • Het bedrag aan btw dat hij moet afdragen = € 181,50 - € 150 = € 31,50

Slide 14 - Tekstslide

Vraag 14
  • 14. Wat bedoelen we met winkelformule? (2 pnt)

  • Antwoord:
  • De winkelformule is het totale concept van een winkel, inclusief doelgroep, assortiment, prijsbeleid, service en uitstraling.

Slide 15 - Tekstslide

Vraag 15
  • 15. Deze vorm van distributie noemen we ook wel directe/indirecte distributie, want… (2pnt)

  • Antwoord:
  • Dit noemen we indirecte distributie omdat de fabrikant niet rechtstreeks aan de eindconsument verkoopt, maar via een groothandel en supermarkten.

Slide 16 - Tekstslide

Vraag 16
  • 16. Hoe noem je marketing met als doel bedrijven producten te laten kopen? (2pnt)

  • Antwoord:
  • Business-to-business (B2B) marketing.


Slide 17 - Tekstslide

Vraag 17
  • 17. Campina producten krijgen een nieuwe verpakking, zie afbeelding. Leg in eigen woorden uit welke marketinginstrumenten Campina gebruikt om meer producten te verkopen: (2 pnt)

  • Antwoord:
  • Marketinginstrument product en promotie, want door het veranderen van de verpakking (product) en het communiceren daarvan (promotie) probeert Campina klanten aan te trekken en meer producten te verkopen.

Slide 18 - Tekstslide

Cijferberekening 
(aantal punten / 35) x 9 + 1

Vragen?

Slide 19 - Tekstslide