anesthesie en longfunctie onderzoek

Anesthesie
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
AFPMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 26 slides, met tekstslides en 8 videos.

time-iconLesduur is: 300 min

Onderdelen in deze les

Anesthesie

Slide 1 - Tekstslide

Operatiekamer
  • operatietafel en anesthesie apparatuur
  • alleen de mensen die nodig zijn
  • patiënt in juiste houding: inleiden bij voorkeur op ok
  • operatie assistent als 1e steriel
  • chirurg en 1e assistent aan tafel
  • operatie gebied steriel
  • ligeren: afbinden
  • coaguleren: dicht branden
  • omloop: geeft spullen aan, telt gazen en instrumenten

Slide 2 - Tekstslide

Verkoeverkamer
  • uitleiden op ok
  • zodra wakker: mayotube verwijderen
  • check vitale functies 

Slide 3 - Tekstslide

Intensive care
  • na langdurige operatie of peroperatieve complicaties
  • na sommige ok's standaard
  • continue controle vitale functies 

Slide 4 - Tekstslide

Afdeling
regelmatige check vitale functies etc:
  •  pols
  • RR
  • AH
  • bewustzijn: NB delier
  • infuus
  • wond & drains
  • pijnbestrijding/pijnscore

Slide 5 - Tekstslide

Post operatieve complicaties
korte termijn
  • longprobelemen: intubatie, niet goed door ademen
  • mictieproblemen: negatieve vochtbalans of niet voelen
  • bloeding of hematoom
  • cardiale problemen: angina pectoralis, infarct, decompensatio cordis
  • temperatuur stijging?

Slide 6 - Tekstslide

lange termijn
  • wondinfectie: 5 dagen, vaak staphylococcus aureus of E.coli
  • trombose of embolie: activatie stolling tijdens ok en stil liggen
  • decubitis: slechte conditie, lang liggen, slechte circulatie

Slide 7 - Tekstslide

Anesthesie
  • algehele anesthesie: narcose
  • regionale anesthesie
  1. perifere zenuwblokkade
  2. plexus anesthesie
  3. epidurale en spinale anesthesie
  • lokale anesthesie
  1. oppervlakte anesthesie
  2. infiltratie anesthesie 

Slide 8 - Tekstslide

Algeheel
  • pijnbestrijding
  • bewustzijnsdaling
  • onderdrukking vegetatieve reflexen
  •  spierverslapping: bijvoorbeeld nodig bij laparotomie
Inleiding: preoxygenatie, intraveneus hypotonicum, intubatie

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Regionaal
Voortgeleiding van pijnprikkels wordt onderbroken voordat het CZS bereikt wordt.

Slide 11 - Tekstslide

perifere zenuwblokkade
oberstanesthesie: de basis een zenuw wordt verdoofd

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

plexus anesthesie
zenuwplexus wordt verdoofd

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Epidurale en spinale anesthesie
  • epiduraal: anestheticum wordt buiten de dura gedeponeerd 
  • spinaal: anestheticum wordt binnen de durazak gespoten

Slide 16 - Tekstslide

  • epiduraal duurt iets langer om in te werken, werkt alleen in het gebied waar het ingespoten is
  • spinaal werkt sneller in en werkt voor het gehele deel vanaf waar ingespoten naar beneden. (ook tafel vaak in anti Trendelenburg)

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Slide 19 - Video

Oppervlakte anesthesie
druppelvorm/spray op bijv slijmvliezen
zalf op de huid (emla of lidocaïne zalf)
kortdurende gevoelloosheid

Slide 20 - Tekstslide

Infiltratie anesthesie
bij kleine lokale ingrepen, vaak gecombineerd met een vaat vernauwer als adrenaline

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Longfunctie onderzoek
spirometrisch onderzoek

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Slide 25 - Video

Slide 26 - Video