Les 62 voltooid deelwoord & persoonsvorm tegenwoordige tijd

Maak de zin af:
Ik heb gisteren __________
1 / 23
volgende
Slide 1: Woordweb
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Maak de zin af:
Ik heb gisteren __________

Slide 1 - Woordweb

Het programma 
- het lesdoel 
- uitleg voltooid deelwoord + persoonsvorm
- oefenen in LessonUp 
- terugkoppeling lesdoel 

Slide 2 - Tekstslide

Het lesdoel 
Aan het einde van de les kan ik het voltooid deelwoord en de persoonsvorm op de juiste wijze schrijven. 

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Welke voltooid deelwoord is juist?
Ik heb mijn vingers __________ (verbranden).
A
verbrandt
B
verbrande
C
verbrand
D
verbrandde

Slide 11 - Quizvraag

Welke werkwoord is juist?
Hij ____________ (beloven) het aan mij.
A
belooft
B
beloofd
C
beloofte
D
beloofde

Slide 12 - Quizvraag

Welke werkwoord is juist?
Hij heeft het ________ (beloven) aan mij.
A
belooft
B
beloofd
C
beloofte
D
beloofde

Slide 13 - Quizvraag

Wat is de persoonsvorm in de onderstaande zin?
Mijn kat heeft gisteren veel gegeten.

A
mijn kat
B
heeft
C
veel
D
gegeten

Slide 14 - Quizvraag

Wat is de persoonsvorm in de onderstaande zin?
Mijn ouders hebben veel geld betaald voor dat huis.

A
mijn ouders
B
hebben
C
betaald
D
voor dat huis

Slide 15 - Quizvraag

Hoe kan je de persoonsvorm vinden?
Noem 1 manier.

Slide 16 - Open vraag

Schrijf het voltooid deelwoord
op van: pakken

Slide 17 - Woordweb

Schrijf het voltooid deelwoord
op van: melden

Slide 18 - Woordweb

Hoe schrijf je het voltooid deelwoord:

Mijn vader is _______ (vaccineren).

A
vaccineert
B
gevaccineerd
C
gevaccineert
D
vaccineerde

Slide 19 - Quizvraag

Schrijf het werkwoord op de juiste wijze op:
Mijn zusje ________ (vertellen) een leuk verhaal.

Slide 20 - Open vraag

Schrijf het werkwoord op de juiste wijze op:
Mijn zusje heeft een leuk verhaal _________ (vertellen).

Slide 21 - Open vraag

Is het lesdoel behaald?
Aan het einde van de les kan ik zelf een zin schrijven met een persoonsvorm en voltooid deelwoord. 

Slide 22 - Tekstslide

Schrijf één zin met een persoonsvorm en voltooid deelwoord (1 minuut).

Slide 23 - Open vraag