De manier waarop 'hij' de vergadering verlaat (bwb)
Slide 3 - Tekstslide
Voorbeeld 1
'Woedend verliet hij de vergadering.'
'Woedend' zegt iets over het onderwerp (hij) én over het werkwoordelijke gezegde (verlaten).
'Woedend' is een dubbel verbonden bepaling
= een bepaling van gesteldheid
Slide 4 - Tekstslide
Voorbeeld 2
'Hij verft het hekje groen.'
'Groen' zegt iets over:
Het gevolg van wat er gebeurt: verft. Dus groen zegt iets over het werkwoordelijk gezegde.
De toestand van 'het hekje' (LV), na het verven.
Slide 5 - Tekstslide
Voorbeeld 3
Het onderwerp vindt iets van het lijdend voorwerp
'Ik acht uw plan onhaalbaar.'
'Zij vindt mijn humor niet grappig.'
Slide 6 - Tekstslide
Dus, bepaling van gesteldheid:
Het onderwerp verkeert in een toestand/ heeft een eigenschap, terwijl het iets doet (Woedend verliet hij de vergadering.)
Het onderwerp doet iets waardoor het lijdend voorwerp verandert (Hij verft het hekje groen.)
Het onderwerp vindt iets van het lijdend voorwerp (Ik acht uw plan onhaalbaar.)
Slide 7 - Tekstslide
Aan de slag
Opdracht 14 en 15: oefen met de bepaling van gesteldheid, blz. 32-33
Lukt dit niet? Dan oefenen met de rest van de theorie
Opdracht 16: 9 extra oefenzinnen
Theorie doorlezen, opdrachten bekijken, nakijken, overige zinnen ontleden, extra oefeningen:
Zie Classroom: 1. Gatentekst: voorzetsels invullen 2. Zoek het verstopte zinsdeel 3. Extra oefenzinnen 4. Extra uitleg bijwoordelijke bepaling 5. Extra uitleg bepaling van gesteldheid 6. Extra uitleg voorzetselvoorwerp