H2.3 Verdiepen

• Nask / Techniek
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

2.3 Verdiepen

vorige les

• stroomsterkte wordt aangegeven in Ampere. (A)
• stroomsterkte meet je met een amperemeter
• stroomsterkte kan verschillen per apparaat

omrekenen van ampere.
1 mA = ......... A

1. 10 A
2. 1000 A
3. 0,1 A
4. 0,001 A

omrekenen van ampere.
1 A = ......... mA

1. 10 mA
2. 100 mA
3. 1000 mA
4. 0,1 mA

omrekenen van ampere
1000 A = ........ kA

1. 1 kA
2. 100 kA
3. 10 kA
4. 0,1 kA

omrekenen ampere
0,1 kA = .......... A

1. 100 A
2. 1000 A
3. 10 A

Kijk zelf de antwoorden na van 

blz 68 en 69

opdracht 43 t/m 49

stel vragen als je iets niet weet

leerdoelen

ik kan het verschil benoemen tussen een serieschakeling 

en een parallelschakeling

ik kan een serieschakeling en een parallelschakeling tekenen

ik kan een serieschakeling en een parallelschakeling maken

serieschakeling

serieschakeling

De elektrische apparaten zitten achter elkaar in de stroomkring.

Stroom eerst door de ene, dan de andere.      Dit heet SERIE. 

(denk aan een televisieserie, je kijkt eerst aflevering 1 en dan aflevering 2)

Elektronen moeten door het 1e lampje en moeten door het 2e lampje.      Er is geen andere weg.

parallelschakeling

parallelschakeling

De elektronen kunnen meerdere wegen kiezen.

Ze gaan of door het ene apparaat of door de andere.

Dus niet door allebei. 

Dit heet parallel.

opdracht

lees blz 70

maak opgave 50 t/m 52

Klaar: doe activiteit 20 van blz 73