Parlementaire Democratie 1: Wat is democratie?

Je mag één ding veranderen in NL. Wat zou je veranderen en waarom?
1 / 20
volgende
Slide 1: Open vraag
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Je mag één ding veranderen in NL. Wat zou je veranderen en waarom?

Slide 1 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is democratie?
Nieuw 'thema'!  (groen)
Directe - indirecte democratie
Democratie - dictatuur

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stel, je mag stemmen op 17 maart. Op welke partij zou jij stemmen?
VVD
CDA
PvdA
D66
PVV/FVD
Denk
SP
Partij voor de Dieren
Ik heb geen idee

Slide 3 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Stemmen op een politieke partij hoort bij:
A
Indirecte democratie
B
Directe democratie
C
Religieuze dictatuur
D
Militaire dictatuur

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een referendum hoort bij
A
Directe democratie
B
Indirecte democratie
C
Religieuze dictatuur
D
Militaire dictatuur

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geef een voordeel of een nadeel van een indirecte democratie (zet erbij: voordeel/nadeel)

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

1. Schrijf kenmerken op
Dames: kenmerken democratie 
Heren: kenmerken dictatuur
2. Wat is de grap/moraal 
van het verhaal?

Slide 9 - Tekstslide

1:08 - 1:10
Kenmerken democratie

Slide 10 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Burgers moeten zich aan de wet houden.
A
Dictatuur
B
Democratie
C
Allebei

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De regering verbiedt een nieuwe politieke partij
A
Dictatuur
B
Democratie
C
Allebei

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De overheid heeft het geweldsmonopolie
A
Dictatuur
B
Democratie
C
Allebei

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Er wordt gefraudeerd bij verkiezingen.
A
Dictatuur
B
Democratie
C
Allebei

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Op tv mag je grappen maken over de regering.
A
Dictatuur
B
Democratie
C
Allebei

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ministers worden niet door het volk gekozen.
A
Dictatuur
B
Democratie
C
Allebei

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Rechters zijn onafhankelijk
A
Dictatuur
B
Democratie
C
Allebei

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Politici komen hun beloften niet na
A
Dictatuur
B
Democratie
C
Allebei

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De winnaar van de verkiezingen haalt vaak meer dan 90% van de stemmen
A
Dictatuur
B
Democratie
C
Allebei

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Link

Deze slide heeft geen instructies