• Behandel de persoon rustig en met respect.
• Spreek zelf in rustige, korte, eenvoudige, eenduidige zinnen.
• Laat de persoon kiezen hoe ze willen communiceren. Soms kan iets beter geduid worden met handgebaren of opgeschreven of aangewezen worden. Gebruik dan ook de passende hulpmiddelen voor afasie als een aanwijsboek of afasie-apps.
• Zorg voor oogcontact.
• Vraag naar verduidelijking. Wie? Hoe? Waar? Wat? Wanneer?
• Geef rust als het niet lukt.
• NIET UITMAKEN VOOR GEK!!!