Kenmerken van een betoog

Betogen, hoe doe je dat eigenlijk?
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 55 min

Onderdelen in deze les

Betogen, hoe doe je dat eigenlijk?

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies







Startopdracht
Bepaal of je het eens of oneens bent met de onderstaande uitspraak van een h5-leerling en bedenk twee argumenten voor je keuze:

"Het schrijven van een betoog is eigenlijk een vorm van ruziemaken zonder dat de andere partij aanwezig is." 




Slide 2 - Tekstslide

Eens: er is sprake van onenigheid, maar bij ruzie draait het vaak niet zozeer om een standpunt.

Oneens: Ruzie maken betekent bewust conflict aangaan waarbij alle formele regels losgelaten worden en emotie de boventoon voert. Soms lijkt het doel zelfs om de ander te kwetsen. Bij betogen zijn de logica en formele toon bepalend, maar uiteraard wordt er ook gebruikgemaakt van pathos en ethos. 
Doelen van de les
  • Je kent de kenmerken van een betoog
  • Je kunt de kenmerken van een betoog samenvatten
  • Je kunt de kwaliteit van een betoog beoordeel
  • Je kunt feedback op waarde schatten
Let op: de aantekeningen die je deze les maakt, mag je toevoegen aan de documentatiemap

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Individueel
Lees de tekst 'Wie alle AI op één hoop gooit, mist de potentie ervan"
Onderstreep belangrijke info; maak leesnotities in de kantlijn.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Individueel (zelfstandig / stilte)  (5 minuten)
Welke kenmerken van een betoog herken je in dit betoog?


Antwoordinstructie: 
Geef antwoord in volledige zinnen. Citeer per antwoord ook een zin ter bewijs.

Voorbeeld:
In deze beschouwing wordt een probleem beschreven. "Het probleem (...) Van iedereen." (regel 4-5)

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Delen  (4 minuten)
Welke kenmerken van een betoog herken je in dit betoog?
Vul je eigen antwoorden aan en wees kritisch op de kenmerken van de ander.

Antwoordinstructie: 
Geef antwoord in volledige zinnen. Citeer per antwoord ook een zin ter bewijs.

Voorbeeld:
In deze beschouwing wordt een probleem beschreven. "Het probleem (...) Van iedereen." (regel 4-5)

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klassikaal 
Bespreken van de gevonden kenmerken. Maak aantekeningen op het blad dat je mee mag nemen naar de toets.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Individueel
Lees de feedback van de hoofdredacteur van de krant en bepaal ..... (doe een gok)



Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In drietallen 
Lees de feedback van de hoofdredacteur van de krant en bepaal met welke feedback jullie het wel en met welke feedback jullie het niet eens zijn.

Antwoordinstructie: 
noteer de woorden eens en oneens op het blad en zet jullie antwoorden erachter.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klassikaal 
Bespreken van de feedback. Maak aantekeningen op het blad dat je mee mag nemen naar de toets.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lever het blad in; alleen jouw exemplaar mag in de documentatiemap. Lees het boek uit, ga op zoek naar argumenten voor je standpunt. Zet jouw standpunt op de lijst.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies