H4 Pruiken & Revoluties

H4 Pruiken & Revoluties
Materiaal:
boeken, pen en laptop.

Wat gebeurd er op het volgende plaatje?
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

H4 Pruiken & Revoluties
Materiaal:
boeken, pen en laptop.

Wat gebeurd er op het volgende plaatje?

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onderwerpen hoofdstuk 4
4.1 pruikentijd (verlichting)
4.2 Revolutie in Amerika
4.3 Revolutie in Frankrijk
4.4. Revolutie in Nederland
4.5 De afschaffing van de slavernij

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Paragraaf 4.1
Hoe ging het met de Nederlandse economie?
Welke sociale verhoudingen waren er in Frankrijk?
Hoe zorgde de verlichting voor een andere manier van denken?
welke kritiek was er op de samenleving?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nederlandse economie
Vanaf 1700 is De Gouden eeuw voorbij.
Het gaat goed met de banken, maar er is veel werkloosheid. 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sociale 
verhoudingen

Slide 6 - Tekstslide

Sociale verhoudingen
Franse standenmaatschappij:

Eerste stand: Geestelijkheid
Tweede stand: Adel
Derde stand: Boeren & Burgers


Wat is hier niet eerlijk aan?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De 1e stand
  • De geestelijkheid: de mensen van de kerk. Zij zorgden dat de mensen in de hemel zouden komen. De hoge geestelijken woonden in grote paleizen en hadden vooral rechten (en maar weinig plichten).
  • Betaalden geen belasting

  • Iedereen geloofde in God, dus de geestelijken waren enorm belangrijk!

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De 2e stand

  • De edelen: de mensen van adel. Zij zorgen voor het bestuur en de verdediging van het land. 

  • Zij hadden vooral rechten (en maar weinig plichten).

  • Geen belasting betalen.



Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De 3e stand
  • De boeren en de burgers. Eigenlijk iedereen die niet bij de 1e of 2e stand hoorde. Daarom waren er in de 3e stand ook grote verschillen. Zo had je de rijke burgerij, de bourgeoisie.

  • De 3e stand had alle plichten: zij moesten bijvoorbeeld wél belasting betalen.



Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
Op de volgende 3 slides staan afbeeldingen.
Leg in eigen woorden uit wat ze betekenen.
Schrijf de antwoorden in je schrift.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voor de Franse Revolutie
Na de Franse Revolutie
3de stand (boeren en burgers)
1ste stand (geestelijkheid, te herkennen aan de bijbel aan de hand)
2de stand (adel)
1ste en 2de stand
3de stand

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voor de Franse Revolutie
Na de Franse Revolutie

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voor de Franse Revolutie
Na de Franse Revolutie

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Verlichting


Verlichting = door gezond verstand (ratio) te gebruiken, de samenleving proberen te verbeteren

Hier eerst een aantal stellingen...

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bestaat God wel, als je Hem niet kan bewijzen?
Ja
Nee

Slide 16 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Is het logisch als één mens alles bepaald voor de rest?
Ja
Nee

Slide 17 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Als de baas van het land zijn taken niet goed doet, mag hij gewoon aan de macht blijven?
Ja
Nee

Slide 18 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Van luisteren naar de koning en de Kerk --> Zelf nadenken met gezond verstand
Manier van denken

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Denken over God


 

De Verlicht denker Voltaire gelooft dat de wereld is gemaakt door God en God heeft ook gezorgd voor de natuurwetten die gelden in de wereld. Maar daarna heeft God zich niet meer bemoeit met de wereld en haar bewoners.
Hij noemt God ook wel 'de horlogemaker van het heelal'

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat bedoelen we met 'de horlogemaker van het heelal'?
A
God de wereld heeft gemaakt en bestuurt deze ook nu nog
B
God heeft de wereld gemaakt, maar heeft nu geen invloed meer
C
God heeft de wereld gemaakt maar niet de geldende natuurwetten
D
God heeft de aarde niet gemaakt.

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als een aardbeving een zeer christelijke stad, op een christelijke feestdag, compleet verwoest en voor duizenden doden zorgt...
Hoe kijkt Voltaire hiernaar?
A
Dit is de boosheid van God
B
Is er misschien een andere verklaring voor?

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aardbeving van Lissabon (1755)
De aardbeving van Lissabon op 1 november 1755, om 9.40 uur 's morgens in de Portugese hoofdstad Lissabon, was een van de meest vernietigende en dodelijke aardbevingen in de geschiedenis, met tienduizenden doden.
Voltaire gebruikte deze gebeurtenis om uit te leggen dat God geen controle heeft over de natuurwetten.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelf aan het werk
  • Fluisterend met je buurman of buurvrouw.
  • Je maakt de opdrachten in de les: 
Vwo: 1, 3 en 4
Havo: 1, 2 en 4

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekenen deze begrippen?
1e stand
2e stand
3e stand
Bourgeoisie
God als Horlogemaker van het Heelal

Les-doel: drie-machtenleer

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nieuw woord
Representativiteit 
Voorbeeld zin: 
"is je cijfer geschiedenis representatief voor al je cijfers op school?"

"Is de mening van Napoleon representatief voor hoe alle Fransen dachten in het jaar 1800?"

Slide 26 - Tekstslide

Representatief = dient als voorbeeld. 

Is Julius Caesar representatief voor Romeinense Elite in het jaar 450 n.Chr?

Representeert een groep of mening? 
Nakijken
opdrachten 1 t/m 9



Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Denken over macht




Niet alleen het geloof, maar ook het bestuur van een land, wordt door de Verlichte denkers onderzocht.
Want dat absolutisme en Droit Divin, kan dat wel verklaard worden met het gezonde verstand?!

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Montesquieu zegt:


Een alleenheerser (zoals een absoluut vorst) zal altijd misbruik maken van zijn macht; je kunt immers niet én wetten bedenken én zorgen dat ze goed worden uitgevoerd zonder soms een kleine uitzondering te maken (voor familie, vrienden etc).  Dit noem je vriendjespolitiek oftewel nepotisme.

Daarom bedenkt Montesquieu de Trias Politica, de driemachtenleer

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Trias Politica
Er zijn drie verschillende machten die gescheiden zouden moeten zijn:



  • wetgevende macht, die de wetten bedenkt
  • uitvoerende macht, die de wetten uitvoert
  • rechtsprekende macht, die controleert of het volk en de overheid zich aan de wetten houden

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Trias Politica in Nederland
De trias politica wordt tegenwoordig als heel belangrijk beschouwd. Het bestuur in Nederland is dan ook volgens dit principe georganiseerd:



  • wetgevende macht:  De Eerste en Tweede Kamer
  • uitvoerende macht, de regering en de ministers
  • rechtsprekende macht, de onafhankelijke rechters

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Hoe bereik je het volk?



  • De verlichtings-filosofen hadden kritiek op de standensamenleving en wilde verandering, maar
  • Niet iedereen kon lezen, zeker niet in de 3e stand. 
  • Spotprenten, Die begreep iedereen!
Geestelijkheid
De 1e stand
Adel
De 2e stand
Boeren en burgers
De 3de stand

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Heb je op de leerdoelen een antwoord gekregen?

Leerdoelen:
Hoe ging het met de Nederlandse economie?
Welke sociale verhoudingen waren er in Frankrijk?
Hoe zorgde de verlichting voor een andere manier van denken?
welke kritiek was er op de samenleving?

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf op wat je deze les hebt geleerd?

Slide 36 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Klaar?
Maak de rest van de opdrachten 1 t/m 8 dit is tevens het huiswerk voor komende maandag. 

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies