vitale functies 7-4

Vitale functies




Basisfase 
2020-2021
VVT
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 31 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Vitale functies




Basisfase 
2020-2021
VVT

Slide 1 - Tekstslide

Vitale functies

  • Ademhaling

  • Bewustzijn

  • Circulatie

Slide 2 - Tekstslide

Ze zijn van levensbelang!

  • Zonder hersenen geen ademhaling, circulatie en geen bewustzijn!

Slide 3 - Tekstslide

De hersenstam 
  • Regelt:
  1. RR (hartslag)
  2. Temp 
  3. Hartslag  
  4. Ah (ademhaling)

Slide 4 - Tekstslide

Waar zoemen we op in vandaag
  • Ademhaling 

  • temperatuur

  • Pols-/ hartslag

  • Bloeddruk




Slide 5 - Tekstslide

Ademhaling

Slide 6 - Tekstslide

Waar let je op bij de ademhaling?
  • De frequentie (hoe vaak)
  • De diepte
  • De gelijkmatigheid
  • Het ritme
  • De geluiden

Slide 7 - Tekstslide

Een hoge frequentie van ademhaling komt voor bij?
  • Aandoeningen longen/luchtwegen
  • Hartafwijkingen
  • Koorts
  • Lichamelijke inspanning
  • Emotie

Slide 8 - Tekstslide

Afwijkende ademhaling
  • Hyperventilatie
  • Benauwdheid
  • Apneu (geen lucht)
  • Ademhaling volgens Kussmaul (zeer diep, snakkend ademen)
  • Ademhaling volgens Cheyne Stokes (teugvolume neemt toe en weer af)

Slide 9 - Tekstslide

Pols-/hartslag
  • Waar kun je hartslag voelen:

Slide 10 - Tekstslide

Waar let je op bij de hartslag?
  • Frequentie (hoe vaak)
  • Gelijkmatigheid
  • Ritme /regelmaat
  • Spanning en volume (hoe goed is het voelbaar)

Slide 11 - Tekstslide

Hoe gaat je hartslag omhoog/ omlaag 
  • ?????

  • Was is de hartslag in rust? 

  • jonger dan 1 jaar: 105 - 160
  • 1 - 2 jaar: 100 - 150
  • ​2 - 5 jaar: 95 - 140
  • 5 - 12 jaar: 80 - 120
  • ouder dan 12 jaar: 60 - 100 (dus ook volwassenen 

Slide 12 - Tekstslide

Bloeddruk
  • Factoren van invloed op RR?
  1. Hartziekten 
  2. Lichaamsgewicht
  3. Activiteiten en rust
  4. Houding
  5. Stress, spanning, angst
  6. Pijn
  7. Medicijnen

Slide 13 - Tekstslide

Meten
  • Zorgvrager eerst 5 minuten laten rusten
  • Altijd aan dezelfde arm meten
  • 2 keer meten
  • Niet kletsen tijdens het meten



Slide 14 - Tekstslide

Belangrijk om te onthouden
  • 120/80 of lager is een ideale bloeddruk.
  • 140/90 of hoger is een hoge bloeddruk.
  • 135/85 of hoger is een hoge bloeddruk bij thuis meten.    Thuis is je bloeddruk namelijk vaak iets lager dan bij de arts.
  • 180/110 of hoger is een ernstig verhoogde bloeddruk.

Slide 15 - Tekstslide

Contra-indicaties RR meten
  • Een gewonde of oedemateuze arm
  • Een verlamde arm  
  • Een arm waar een infuus in zit
  • Een arm waar okseltoilet is uitgevoerd

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

temperatuur
de lichaamstemperatuur wordt geregeld vanuit twee temperatuurcentra, deze bevinden zich in de tussenhersenen en in de hersenstam

Slide 25 - Tekstslide

lichaamstemperatuur
normaal= tussen de 36 en 37,5 graden
zware inspanning= kan oplopen tot 39 graden
verhoging= 37,6
  • zodra de lichaamstemperatuur omhoog gaat, gaat automatisch de bloeddruk en ademhaling ook omhoog.
er is sprake van ondertemperatuur als de lichaamstemperatuur lager dan 36'C is.

Slide 26 - Tekstslide

soorten thermometers
  • de analoge thermometer: een glazen staafthermometer die gevuld is met een vloeistof. bij verwarming zet deze vloeistof uit. ->
  • de digitale/elektronische thermometer: de tip van de thermometer bevat een sensor. deze sensor neemt de warmte op.
  • de infrarode thermometer : de infraroodsensor meet de temperatuur van een bepaald punt van het lichaam.

Slide 27 - Tekstslide

plaatsen temperatuur opnemen
  1. in het rectum(rectaal)
  2. onder de oksel (axillair)(+ 0,5 graden erbij tellen)
  3. in de mond (oraal)(+0,3 graden erbij tellen)
  4. in de lies (femoraal) (+ 0,5 graden erbij tellen)
  5. in het oor (intra-auraal of tympanisch)(+ 0,5 graden erbij tellen)
  6. via het voorhoofd of slaap (+ 0,5 graden erbij tellen)

Slide 28 - Tekstslide

manier metingen
rectale meting : de thermometer via de anus in het rectum.
axillaire meting: temperatuurmeting in de oksel.
orale meting: via de mond onder de tong.
femorale meting: tien minuten in de lies
intra- aurale of tympanische meting: dit doe je met behulp van een oorthermometer

Slide 29 - Tekstslide

koorts
: lichaamstemperatuur van 38 graden of hoger.
Koorts is geen ziekte, maar een symptoom van een bepaalde aandoening of ziekte. bijvoorbeeld infectieziekten, uitdroging enz

Slide 30 - Tekstslide

Vragen?
vragen?

Slide 31 - Tekstslide