H3 water kgt oefenen
1 / 12
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
In welke fase is het water in mist?
A
gasvormige fase
B
vaste fase
C
vloeibare fase
Slide 2 - Quizvraag
Je ademt tegen een koude ruit, de waterdamp in je adem ...... op de ruit.
Wat moet er op de puntjes staan?
Wat moet er op de puntjes staan?
A
condenseert
B
smelt
C
stolt
D
verdampt
Slide 3 - Quizvraag
Wat is ijzel?
A
een vaste stof
B
een vloeistof
C
waterdamp
Slide 4 - Quizvraag
Welke uitspraak over rijp en dauw is waar?
A
Rijp en dauw zijn vaste stoffen
B
Rijp is een vaste stof en dauw een vloeistof
C
Rijp is een vaste stof en dauw vast
D
Rijp is een vloeistof en dauw vast
Slide 5 - Quizvraag
Welke stof zit er in een vloeistofthermometer?
A
water
B
ether
C
alcohol
D
zand
Slide 6 - Quizvraag
Wat gebeurt er met de vloeistof in een thermometer als de temperatuur toeneemt?
A
Krimpt en daalt in de buis
B
Zet uit en stijgt dus in de buis
C
Gebeurt niks
Slide 7 - Quizvraag
hoe heet de faseovergang als een vaste stof over gaat in een vloeistof
A
vervluchtigen
B
verdampen
C
bevriezen
D
smelten
Slide 8 - Quizvraag
Soms lijkt het dat ijs in het niets verdwijnt zonder dat het smelt. Hoe heet deze faseovergang?
A
bevriezen
B
condenseren
C
vervluchtigen
D
rijpen
Slide 9 - Quizvraag
het vriest buiten, de takken van de bomen worden wit zonder dat het sneeuwt. Hoe heet deze faseovergang?
A
verdampen
B
rijpen
C
verdampen
D
dauwen
Slide 10 - Quizvraag
Welke stof is nog vloeibaar bij een temperatuur van min 215 graden C?
A
Zuurstof
B
stikstof
C
propaan
D
alcohol
Slide 11 - Quizvraag
Wat strooien ze op een bevroren weg?
En waarom?
En waarom?
A
zand om het vriespunt van water te verlagen
B
zout om het vriespunt van water te verhogen
C
zout om het vriespunt van water te verlagen
D
zand om het vriespunt van water te verhogen
