Les 3. 2.4

Welkom!

Pak je laptop + binas
Ga in deze lessonup

1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom!

Pak je laptop + binas
Ga in deze lessonup

Slide 1 - Tekstslide

Deze les:
- Planning
- Terugblik 2.3
- Uitleg 2.4
- Zelfstandig werken aan leerdoelen

Slide 2 - Tekstslide

Planning

Slide 3 - Tekstslide


Alle zoogdieren hebben een gelijksoortig voortplantingsstelsel. In de afbeelding hieronder zie je het voorplantingsstelsel van een mannetjes varken (beer). Met welke letter wordt de prostaat aangegeven?
A
de letter A
B
de letter B
C
de letter C
D
de letter D

Slide 4 - Quizvraag


lees de afbeelding hiernaast.

Geef de naam van het deel waar het rietje in uitkomt.

Slide 5 - Open vraag


Lees de afbeelding hiernaast.

Met welke letter wordt het deel aangegeven waar de eicel bevrucht wordt?

Slide 6 - Open vraag

Doel
  • Je kunt bepalen hoe erfelijk materiaal zich verdeeld over de verschillende dochtercellen en hoe geslachtscellen dus ontstaan.

  • Je kent in de basis de verschillen tussen mitose en meiose

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Bij de bevruchting smelten de kernen van de zaadcel en de eicel samen zodat het erfelijk materiaal zich samen kan voegen.
Hoeveel chromosomen heeft een bevruchte eicel?

Slide 9 - Open vraag

geslachtscellen
De voortplantingscellen

Man - zaadcellen
Vrouw - eicellen

Geslachtscellen bevatten de helft van alle chromosomen (één van ieder paar) zodat bij de bevruchting 23 + 23 = 46 chromosomen in de bevruchte eicel terechtkomen (= zygote)

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Herhaling mitose
Opdracht:
Vul dit zelfde schema in voor meiose, gebruik je Binas
76  en 86 D

Slide 12 - Tekstslide

Samenvatting

Slide 13 - Tekstslide

Herhaling. Noteer of de volgende stellingen juist of onjuist zijn.

1 - Een chromosoom is een sliert DNA
2 - Een menselijke cel bevat 46 chromosomen
3 - Één paar homologe chromosomen bevat één chromosoom van je vader
en één van je moeder
4 - Als een cel niet aan het delen is, liggen de chromosomen in de celkern

Slide 14 - Open vraag

Meiose
Voorbeeld met 1 chromosoompaar

Bij vrouwen gaat vrijwel al het cytoplasma naar 1 dochtercel

BINAS 76A,B & 86D
meiose overzicht

Slide 15 - Tekstslide

Doel
Je kunt uitleggen hoe de vorming van zaad- en eicellen bij de mens verloopt

Slide 16 - Tekstslide

Locatie oogenese (=vorming eicellen)
oogenese

Slide 17 - Tekstslide

BINAS 86D

Slide 18 - Tekstslide

Samenvatting

Slide 19 - Tekstslide

Bij de productie van zaadcellen bij de mens ontstaan uiteindelijk haploïde cellen uit diploïde cellen. In de bron is de hoeveelheid erfelijk materiaal per celkern weergegeven. In welke van de diagrammen is de hoeveelheid erfelijk materiaal per celkern gedurende dit proces juist weergegeven?
M1 = meiose 1, M2 = meiose 2

Slide 20 - Open vraag

Wanneer spreken we van een bevruchte eicel?

Slide 21 - Open vraag

Hoe ontstaat een eeneiige tweeling?

Slide 22 - Open vraag

Octomom
Eeneiige tweelingen (en meerlingen) ontstaan uit één eicel en één zaadcel

Twee-eiige tweelingen ontstaan uit twee eicellen en twee zaadcellen

Slide 23 - Tekstslide

Huiswerk
Maak de basiskennisvragen van 2.4
herhaal indien nodig mitose (1.7)

Maak samenvatting Leerdoelen LessonUp

Extra uitleg nodig over meiose? Bekijk de video's op de volgende slides

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Video

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Video

Slide 29 - Video