Classe 2 grammaire des verbes boire et croire

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Grammaire

D'abord on va répéter het bijwoord

Après on va apprendre les verbes boire et croire 

 

Bijwoord 

Wat is het verschil tussen een bijvoeglijk naamwoord en een bijwoord?

Exemple:

Een beleefde jongen.            Un garçon poli.

Hij groet beleefd.               Il salue poliment.

Wat is het juiste bijwoord?
heureux > ......

Wat is het juiste bijwoord?
vrai > ......

Wat is het juiste bijwoord?
premier > ......

Wat is het juiste bijwoord?
aimable > .........

Bijwoord 

Let op de volgende uitzonderingen:

Un bon photographe > Il photographie bien                (goed)

Un mauvais photographe > Il photographie mal          (slecht)

Un meilleur photographe > Il photographie mieux       (beter)

Hier is het bijwoord dus zonder '-ment'

Sleep de woorden naar de goede plek!

goed

slecht

beter

mal

bon

mieux

meilleur

bien

mauvais

BOIRE

wij drinken

1. nous buvions
2. nous boirons
3. nous boivons
4. nous buvons

zij drinken

1. ils boivent
2. elle boit
3. elles boirent
4. ils buvent

hij dronk

1. il buvais
2. il boivait
3. il a bu
4. il buvait

zij heeft gedronken

1. elle a boiru
2. elle buvait
3. elle a bu
4. elle avait bu

jullie drinken

jij drinkt

wij drinken

zij dronken

jij hebt gedronken

zij drinkt

zij drinken

nous buvons

tu bois

elle boit

vous buvez

ils boivent

tu as bu 

elles buvaient

CROIRE

je vervoegt het w.w. op dezelfde manier al BOIRE

croire (geloven)

Présent: rijtje uit je hoofd leren ( ik geloof)

Passé composé: avoir + cru( ik heb geloofd)

Imparfait: croy +  uitgangen ais, ais,ait,ions,iez,aient (ikgeloofde)

Futur simple: croir+ uitgangen ai, as, a, ons, ez, ont ( ik zal geloven)

Conditionnel : croir + uitgangen ais, ais, ait, ions, iez, aient (ik zou geloven)

Croire - présent

	Apprendre	NL
Je	Je croi s	Ik geloof
Tu	Tu croi s	Jij gelooft
Il / Elle / On	Il croi t	Hij gelooft
Nous	Nous cro y ons	We geloven
Vous	Vous cro y ez	Jullie geloven
Ils / Elles	Ils croi ent	Zij geloven

Croire - Andere tijden

	Frans	NL
Passé composé	J'ai cr u	Ik heb geloofd
Imparfait	Je croy ais	Ik geloofde
Futur simple	Je croir ai	Ik zal geloven
Conditionnel	Je croi ais	Ik zou geloven