1.wat een overmaat is en wat een ondermaat is bij reacties
2. rekenen aan reacties waarbij een van de beginstoffen in overmaat aanwezig is
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3
In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 70 min
Onderdelen in deze les
4.4 overmaat en ondermaat
je leert:
1.wat een overmaat is en wat een ondermaat is bij reacties
2. rekenen aan reacties waarbij een van de beginstoffen in overmaat aanwezig is
Slide 1 - Tekstslide
Te veel of te weinig
Friet met mayonaise, lekker! Soms is echter de mayonaise al op en heb je nog friet over. Dan was er een overmaat aan friet of een ondermaat aan mayonaise. Bij chemische reacties heb je soms ook te maken met een overmaat en een ondermaat.
Slide 2 - Tekstslide
Het maken van een hamburger
1
+ 1
+ 2
+ 3
1
(Bij koken gebruik je vaak de massaverhoudingen!)
1 : 1 : 2 :3
Slide 3 - Tekstslide
Het maken van een hamburger
1
+ 1
+ 6
+
1
1 : 1 : 2 :3
Overmaat
Eén van de stoffen is teveel aanwezig
en 4 plakjes kaas over
Slide 4 - Tekstslide
Het maken van een hamburger
1
+ 1
+ 1
+ 3
1 : 1 : 2 :3
Ondermaat
Eén van de stoffen is te weinig aanwezig
Geen hamburger die aan eis voldoet
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Als je de massaverhouding waarin stoffen reageren goed gebruikt, is er geen stof in overmaat.
A
juist
B
onjuist
Slide 10 - Quizvraag
Bij overmaat blijven er één of meer van de beginstoffen over.
A
juist
B
onjuist
Slide 11 - Quizvraag
Bij een onvolledige verbranding is zuurstof in overmaat aanwezig.
A
juist
B
onjuist
Slide 12 - Quizvraag
Je wilt graag dat een giftige stof volledig reageert. Je voegt daarom van de andere beginstof een overmaat toe.
A
Slide 13 - Quizvraag
Natrium en chloor reageren met elkaar tot keukenzout: natriumchloride (NaCl). Geef de reactievergelijking voor de vorming van natriumchloride.
Slide 14 - Open vraag
Natrium en chloor reageren in de verhouding 1,00 : 1,54. In een reactievat wordt 50 g natrium met 80 g chloorgas gemengd. Bereken welke stof in overmaat aanwezig is.
Slide 15 - Open vraag
Bereken hoeveel gram natriumchloride er kan ontstaan.
Slide 16 - Open vraag
Kerosine is een mengsel van vloeistoffen. Gebruik in deze opgave C12H26 als formule voor kerosine. Geef de kloppende reactievergelijking met toestandsaanduidingen voor de volledige verbranding van kerosine.