B1-K1-W1- Lesweek 17- F20 - lessen op afstand (week van 01 juni)

• Welzijn
• MBO
• Studiejaar 1

 Ontwikkelingsproblemen zijn vaak 

 te voorspellen vanuit risicofactoren.

Oorzaak kind- intern 
Oorzaak ouder/gezin- omgeving: extern 

Inventariseert ondersteuningsvragen van de cliënt 

                      

B1-K1-W1

Klas:    F20A          &  F20B 

Docent: M. Eshuis    &   M. van de Meulenhoff
Lesweek 17-  15 juni- 19 juni
6 lesuren, per week 

Programma voor vandaag- deel 1 : 

• Welkom, AWR
  
• Terugblik op vorige les- herhaling
• Lesdoelen vandaag 
• Belangrijke mededeling- theorie toetsing 
  
  
• Theorie communicatie - Luisteren en feedback 
• Lesdoelen check 
   
• Afsluiting 

Sleep de zin naar de juiste ruis

Interne ruis

Interne ruis

Externe ruis

Externe ruis

Zender heeft hoofdpijn

Er komt een trein langs

Whatsapp melding komt binnen

Je bent verkouden

Wat is coderen?

1. Boodschap in een eigen betekenis omzetten
2. Het omzetten van gegevens.

Onder welke communicatie valt een tijdschrift, boek, krant?

1. Eenzijdige communicatie
2. Tweezijdige communicatie

Lesdoelen vandaag: 

- Aan het einde van de les weet je welke vormen van NIET luisteren er zijn en je kunt deze uitleggen in je eigen woorden

- Aan het einde van de les weet je welke luisterstrategieën er zijn en je kunt enkele voorbeelden benoemen

- Aan het einde van deze les kun je uitleggen hoe je feedback geeft volgens de G's 

Belangrijke mededeling

De theorie van communicatie van vorige les en deze les wordt nog meegenomen in de toetsing! 
De theorie van vrijdag moet je kennen voor volgend jaar en je opleiding maar zal niet terugkomen in je toetsing van dit jaar!

Oefen allemaal met de kahoottoets (zie teams B1-K1-W1 berichten) !!

Best een lang filmpje kijk even hoeveel je laat zien. 

Luisteren 

• Luisteren: Het bewust en doelgericht waarnemen, begrijpen, selecteren en verwerken van informatie 
• Belang van luisteren: Mensen die goed kunnen luisteren begrijpen zichzelf, en andere mensen en situatie beter
• Twee vormen van alledaags luisteren en actief luisteren 
  
   

Vier seconden stilte

Jullie gaan een discussie voeren van 5 minuten. 

Stelling: ''Scholen moeten doorgaan met online lessen.''

Regel: Je mag pas reageren als de ander helemaal is uitgesproken en jij daarna vier seconden stilte in acht hebt genomen. Na die stilte vat je eerst heel bondig samen wat de ander heeft verteld/beweerd, voordat je met je eigen argumenten komt. 

Actieve luisterhouding-
Wat zie of hoor je?

Luisterhouding 

- lichaamshouding (open)

- regelmatig oogcontact 

- aandacht op spreker

- knikken, bevestigen, of aanmoedigen 

- reacties

- kijken naar spanningsboog.. 

Drie vormen van niet- luisteren 

1. Onverschillig luisteren : geen intresse in de ander 

2. Oordelend luisteren : je laat het gesprek leiden door je oordeel

3. Ik- gericht luisteren : je bent meer bezig met jezelf 

Benoem een situatie waarbij je één van de drie vormen van niet-luisteren zelf hebt meegemaakt. 

1. Onverschillig luisteren 

- Ongeintresseerd luiseren - je let niet op, je mist stukken van het verhaal. 

- Passief luisteren - je luistert naar iemands woorden maar hebt geen actieve non verbale houding. 

- Ongeduldig luisteren - wanneer je geen tijd hebt. 

2. Oordelend luisteren 

Bevooroordeeld luisteren -
Wanneer je een vooropgezette mening hebt over de ander dan kleurt dat hoe je naar de ander luistert. 

Verdedigend luisteren - 
Luister je vanuit het idee dat de ander erop uit is om jou onderuit te halen. 

Feedback geven 

Feedback is het terugkoppelen van informatie van de ene persoon naar de andere, waarbij duidelijk gemaakt wordt hoe de boodschap (of het gedrag) van de een op de ander overkomt.

Nut van feedback + aandachtspunten bij geven 

- Feedback ondersteunt en bevordert positief gedrag

- Feedback helpt de ander beter begrijpen

- Feedback maakt duidelijk welk gedrag niet en welk gedrag wel gewenst is.

Feedback krijgen helpt je dingen over jezelf te leren. Door feedback ga je inzien wat jou sterke en minder sterke kanten zijn. Dankzij feedback kan je werken aan je beroepshouding.

Feedback geven:

- Geef opbouwende feedback

- Praat in ik-vorm

- Geef in je feedback je eigen gevoelens en gedachten weer

Feedback geven

• Beschrijf in je feedback het gedrag van de ander

• Geef de feedback zo snel mogelijk.

• Je doel bij het geven van feedback mag nooit zijn: de ander ‘terugpakken’

• Houd je feedback functioneel

• Sta open voor de reactie op je feedback.

• Zorg ervoor dat wat je hindert of dwarszit niet doorspeelt in je verdere houding tegenover die persoon.

• Realiseer je dat je nooit een ander gedrag kunt afdwingen bij anderen. Wanneer je feedback geeft, wil je dat een ander iets met die feedback doet. Maar of dat ook werkelijk gebeurt, bepaalt de feedbackontvanger. Niet jij!

• Geef positieve feedback

Feedback ontvangen- tips

- Luister goed naar wat de ander zegt.

- Vraag om verduidelijking als iets je niet duidelijk is.

- Geef aan wat je van de feedback vindt.

- Probeer niet in verdediging te schieten.

- Als je het inhoudelijk niet eens bent met de feedback,
doe er dan toch iets mee.

- Als je de feedback niet herkent, maak dan de afspraak dat de ander je op jouw gedrag aanspreekt als de situatie zich voordoet. 

Drie elementen- Drie G's 

Goede (en simpele) feedback is opgebouwd uit drie elementen:

Ik + mijn gevoelens en gedachten + gedrag van de ander
- Gedrag: Feitelijk wat je ziet/ hoort 
- Gevoel en gedachten
- Gevolg: wat dit bij jou oproept / Wat dit moet jou doet. 

- Gewenst gedrag: zou je willen.... 

Lesdoelen check

-Aan het einde van de les weet je welke vormen van NIET luisteren er zijn en je kunt deze uitleggen in je eigen woorden

- Aan het einde van de les weet je welke luisterstrategieën er zijn en je kunt enkele voorbeelden benoemen

- Aan het einde van deze les kun je uitleggen hoe je feedback geeft volgens de G's 

Huiswerk: Thieme Boek Communicatie: Thema 2.4 -Luisteren en luisterhouding: Opdracht 1-7 

Non verbale houding 

Kijk naar het volgende filmpje ..... 
Non verbale houding is dus echt heeel belangrijk.. 

Afsluiting 

Huiswerk: 

• Thieme Boek Communicatie: Thema 2.4 -Luisteren en luisterhouding: Opdracht 1-7 Verwerkingsopdrachten niveau 3 en 4
  
• Thieme Boek Communicatie: Thema 4.9 -Feedback geven en krijgen  Opdracht 1-8- Verwerkingsopdrachten niveau 3 en 4

Programma voor vandaag- deel 2 : 

• Welkom, AWR
  
• Terugblik op vorige lessen communicatie- toets 
• Lesdoelen vandaag 

• Theorie communicatie - Feedback vervolg 2 
• Verschillende vormen van gesprekken - deel 1 
  
  
• Zelfstandig aan de slag 
  
• Afsluiting 

Sleep de zin naar de juiste ruis

Interne ruis

Interne ruis

Externe ruis

Externe ruis

Zender heeft hoofdpijn

Er komt een trein langs

Whatsapp melding komt binnen

Je bent verkouden

Egocentrisch, autobiografisch, te selectief luisteren valt onder?

1. Onverschillig luisteren
2. Oordelend luisteren
3. Ik-gericht luisteren

Wanneer je alleen naar iemand woorden luistert en niet naar Non-verbale houding kijkt. Welke vorm van onverschillig luisteren doe je dan?

1. Ongeduldig luisteren
2. Ongeïnteresseerd luisteren
3. Verdedigend luisteren
4. Passief luisteren

Welke vorm van Niet-luisteren doe je als je geen interesse hebt in de ander?

1. Ik-gericht luisteren
2. Onverschillig luisteren
3. Oordelend luisteren

Je wilt de ander begrijpen en steunen valt onder welke luisterstrategie?

1. Empathisch luisteren
2. Intensief luisteren
3. Globaal luisteren
4. Kritisch luisteren

Onder welke communicatie valt een tijdschrift, boek, krant?

1. Eenzijdige communicatie
2. Tweezijdige communicatie

Lesdoelen vandaag: 

- Aan het einde van deze les kun je uitleggen hoe je feedback geeft en ontvangt en dit toepassen. 
- Aan het einde van deze les kun je uitleggen wat verdedingsreacties zijn en dit koppelen aan je eigen ervaring

- Aan het einde van de les kun je een aantal gespreksvormen uitleggen en toepassen. 
- Aan het einde van de les heb je duidelijk wat je allemaal nog moet leren ter voorbereiding op de toets. 

Aandachtspunten bij het geven feedback 

Weten jullie ze nog? Leg de termen uit: 

- Opbouwend 
- ''Ik'' - niet 'Wij'
-  eigen gevoelens en gedachten 

-  gedrag van ander
-  openheid van de ander 
-  gedrag kun je niet afdwingen
- positiviteit ipv negativiteit 

Manieren van feedback 

1.  Bewust of onbewust 
2. Spontaan of in een reactie geven 

3. Formeel of informeel 
4.  Mondeling of schriftelijk 

Kritiek is al snel op totale persoon gericht en in het algemeen. 
Feedback niet. 

Kritiek: 
Je hoeft niet zo'n toon tegen me aanslaan!                                Hoe zet je dit om naar feedback??   

Opdracht: ''Zet deze zinnen om naar feedback'' 

-  Luister ff naar me! Je hoort me niet! 

-  Kijk even dit voor mij na

-  Ik heb vandaag een slechte dag maak mijn boterham even klaar. 

-  Zeg het nog eens, je praatte zo zacht. 

Verdedingsreacties 

Ook al formuleer je je feedback op de goede manier, dan nog kan die hard aankomen en niet welkom zijn.
Ontkenning: in reactie op je feedback ontkent de ander dat hij/zij het gezegd of gedaan heeft. 

Verdringing: in reactie op je feedback zegt de ander dat hij/zij het zich niet meer kan herinneren/ vergeten is 

Rationalisatie: in reactie op je feedback gaat de ander een uitleg of verklaring geven, of hij bedenkt een smoes. ''ja maar'
Projectie: in reactie op je feedback speelt de ander de bal terug of geeft iemand anders de schuld. 

Verdegingsmechanisme? dan kun je beter stoppen met feedback geven en er later nog eens op terugkomen. 

Waar kun je zelf opletten als je feedback ontvangt?

Feedback ontvangen is soms moeilijk... Tips om feedback te ontvangen:

• Luister goed naar wat de ander zegt. 
• Vraag om verduidelijking wanneer het vaag is. Vraag op een rustige manier naar voorbeelden
  
• Geef aan wat je van de de feedback vindt. Je mag het ook zeggen als je het oneens bent. Je hebt alletwee recht op een mening. LET OP! laat de feedbackgever uitpraten!
  
• Feedback is om van te leren, schiet niet meteen in de verdediging
• Ga oefenen met de feedback die je hebt gekregen. 
• Geef aan bij de ander als je het lastig te herkennen vindt, of hij/zij je hier op kan wijzen of voorbeelden kan geven als het zich voordoet. 

Soorten gesprekken
-Thema 2.5 communicatie-

Informele gesprekken en formele gesprekken 

Als begeleider krijg je te maken met veel verschillende vormen van gesprekken. 

1. Formele gesprekken: Betekenisvol gesprek met een bepaald doel, op een vooraf afgesproken tijdstip. Het gesprek wordt ook voorbereid.
   
   
2. Informele gesprekken: Alledaagse gesprekken. Spontane vrijblijvende gesprekken die je niet of nauwelijks voorbereidt. 

Vraag aan de klas: Kun je een voorbeeld geven van deze twee categorieën ?? 

We richten ons vandaag alleen op alledaagse gesprekken.. na de zomervakantie ga je aan de slag met - ''slechtnieuws gesprekken', 'informatieve gesprekken' etc. 

Een gesprek optimaal laten verlopen,
wat komt daarbij kijken?

Opbouw alledaagse gesprekken

1. Contact leggen :
-Oogcontact, stel jezelf voor, benader iemand vriendelijk (non-verbaal),lichaamstaal, bedenk vooraf waar je over kunt praten. 

2. Gesprek openen
- Heldere startvraag als MZ'er, zoek verbinding, speel in op situatie, vermijd kruisverhoor
3. Richting geven aan het gesprek
-Luister en reageer, let op de vragen die je stelt (open,gesloten,suggestief, indirect)

4. Gesprek afsluiten 
- het stoppen in te leiden 

Let bij elke fase op je lichaamstaal! 

Vragen stellen- verschillende vormen: 

Open vragen- Er is ruimte voor antwoord en roept vaak oprechte intresse op- start vaak met wie, wat, waar, welke, waarom, hoe..
Waar wordt jij nou echt gelukkig van? 

Gesloten vragen- deze kun je beantwoorden met ja of nee- 'Vond je het ontbijt lekker?'

Suggestieve vragen- er zit al een mening in verwerkt ' Vind je dat ook zo ontzettend leerzaam?'

Indirecte vragen- zijn eigenlijk niet echt vragen zoals 'ik vroeg me af hoe u...'

SOORTEN VRAGEN

- open vragen                              (Wat heb je gisteren gedaan?)

- reflecterende vragen             (Wat verwacht je ervan?)

- indirecte vragen                       (Ik zou willen weten of je mee gaat)

- gesloten vragen                       (Heb je een computer bij je?)

- suggestieve vragen                (Dat vind jij toch ook niet leuk?)

- directe vragen                           (Ben je blij met je studiekeuze?)

Ezelsbruggetjes voor het voeren van een (goed)dialoog/ gesprek: 

• Gebruik LSD: Luisteren, samenvatten, doorvragen 
• Laat OMA (wat vaker) thuis: Oordelen, meningen, adviezen 
• Neem ANNA mee: Altijd navragen, Nooit aannmen, 
• Maak je niet DIK: Denk ik kwaliteiten
• Smeer NIVEAU: Niet Invullen Voor Een Ander 

Lesdoelen check - aan de hand van spin it 

Aan de hand van het rad de lesdoelen checken met elkaar... 

Afsluiting 

Week van 26 juni - allerlaatste lessen W1 

- Evaluaties en afsluiting W1 lessen 

- 30 seconds... be there :)

Week van 29 juni 
- Toets - geen les die week :) 

Nog wat extra (instructie)filmpjes over communicatie voor degene die het intressant vinden.... 

https: