Grammatica blok 3

Regels 

1) Ik heb mijn spullen in orde voor de les.
2) Ik reageer niet op anderen.
3) Ik steek mijn vinger op en wacht op mijn beurt.
4) Ik luister naar de docent en praat niet door de les heen.
5) Ik ga niet in discussie met de docent als ik aangesproken word op mijn gedrag.







1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Regels 

1) Ik heb mijn spullen in orde voor de les.
2) Ik reageer niet op anderen.
3) Ik steek mijn vinger op en wacht op mijn beurt.
4) Ik luister naar de docent en praat niet door de les heen.
5) Ik ga niet in discussie met de docent als ik aangesproken word op mijn gedrag.







Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
  1. Samen lezen (10 min)
  2. Uitleg theorie klassikaal(10 min)
  3. Zelfstandig werken in de methode (10 min)
  4. Blooket (7 min)

Slide 2 - Tekstslide

Samen lezen 
vanaf pagina 42.





timer
10:00

Slide 3 - Tekstslide

Grammatica blok 3

Persoonsvorm (pv), werkwoordelijk gezegde (wwg), onderwerp (ond) en lijdend voorwerp (lv).

Slide 4 - Tekstslide

Persoonsvorm

Ik ga naar huis.

Ik ging naar huis.

Slide 5 - Tekstslide

Werkwoordelijk gezegde


Alle werkwoorden in een zin. 
Let op, soms hoort "te" bij het werkwoordelijk gezegde!

Zij zit steeds te mopperen.
WWG = zit te mopperen

Slide 6 - Tekstslide

Wat is het wwg?

Rianne zit online de game te spelen.

Slide 7 - Tekstslide

Onderwerp

Wie/wat + WWG?

Ellen iz ziek.

PV = ?
OND =  ?

Slide 8 - Tekstslide

Wat is het onderwerp?

Mijn vader kookt vanavond.

Slide 9 - Tekstslide

Wat is het onderwerp?


De kinderen spelen buiten.

Slide 10 - Tekstslide

Lijdend voorwerp
Wat/wie+wwg+ond

Hij laat de pen vallen.

WWG = laat vallen
OND = Hij
LV = de pen

Slide 11 - Tekstslide

Wat is het lijdend voorwerp?
De scheidsrechter gaf een rode kaart.

De scheidsrechter | gaf | een rode kaart.
pv: gaf
wwg: gaf
ond: De scheidsrechter
lv: een rode kaart

Slide 12 - Tekstslide

Kom je Sabine halen?

pv: 
wwg: 
ond: 
lv: 

Slide 13 - Tekstslide

Het echtpaar heeft de overvallers gezien.
pv:
wwg:
ond:
lv: 

Slide 14 - Tekstslide

Hoeveel zinsdelen?
Wat gebeurt er?

De burgemeester knipt het lint door.





Slide 15 - Tekstslide

De burgemeester knipt het lint door.
1. Deze zin heeft drie zinsdelen
2. pv: knipt door
3. wwg: knipt door
4a. Vraag bij het onderwerp: Wie knipt door?
4b. De burgemeester
5a. Vraag bij lijdend voorwerp: Wat knipt de burgemeester door?
5b. Het lint





Slide 16 - Tekstslide

Maken:

Blok 3 Grammatica opdracht 3.3 en 3.4
Blok 3 Over Taal opdracht 3.10 en 3.11 

Slide 17 - Tekstslide

Victor heeft gisteren vanwege een lekke band tien kilometer gelopen .
Geef je haar je telefoon?
De slager snijdt voor mij een plakje leverworst af.
In het nieuwe boek van Sjoerd Kuyper staan veel grappige gebeurtenissen .
Plotseling brak het theeglas in twee delen .



Slide 18 - Tekstslide