Voorzetsel

WELKOM BIJ NEDERLANDS
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

WELKOM BIJ NEDERLANDS

Slide 1 - Tekstslide

Lees in je leesboek
timer
10:00

Slide 2 - Tekstslide

DOEL

WE WETEN WAT EEN VOORZETSEL IS


WE KUNNEN EEN VOORZETSEL HERKENNEN IN DE TEKST

Slide 3 - Tekstslide

VOORZETSEL

een (kort) woord dat je voor:

... de kast
... de vakantie (het feest)

kunt zetten.

Slide 4 - Tekstslide

Schrijf zoveel mogelijk voorzetsels op

Slide 5 - Woordweb

a. 'Tijdens' is een voorzetsel.
b. 'Op' is een voorzetsel.
c. 'Sommige' is een voorzetsel.


A
a. waar b. waar c. waar
B
a. waar b. niet waar c. niet waar
C
a. waar b. waar c. niet waar
D
a. niet waar b. niet waar d. waar

Slide 6 - Quizvraag

WAT IS GEEN VOORZETSEL?
A
onder
B
tussen
C
via
D
de

Slide 7 - Quizvraag

Wat is GEEN voorzetsel?
A
hier
B
in
C
tussen
D
wegens

Slide 8 - Quizvraag

Wat is GEEN voorzetsel?
A
Links
B
Uit
C
Op
D
Boven

Slide 9 - Quizvraag

Wat is geen voorzetsel?
A
achter
B
warm
C
tijdens
D
in

Slide 10 - Quizvraag

Wat is het voorzetsel?
A
in
B
thuis
C
de
D
kraan

Slide 11 - Quizvraag

Wat is het voorzetsel?
A
en
B
tijdens
C
juf
D
omdat

Slide 12 - Quizvraag

Benoem de woordsoorten in de zin.
Het enorme vliegtuig is geland op Schiphol 
werkwoord
voorzetsel
bijvoeglijk naamwoord
lidwoord
zelfstandig naamwoord
Het
enorme
vliegtuig
is 
op

Slide 13 - Sleepvraag

Kijk naar de volgende zin. Welke woorden horen bij de onderstaande woordsoorten?Je moet sommige woordsoorten vaker gebruiken en niet alle woordsoorten 
hoef je te gebruiken.
Zelfstandig naamwoord
Bijvoeglijk naamwoord
lidwoord
werkwoord
Voorzetsel
Op
maandag
zit
Larissa
aan
de
kassa.

Slide 14 - Sleepvraag

Tot de volgende keer!
WERKEN AAN JE WEEKTAAK
Kijk goed in Somtoday wat je moet doen. Ik zal dit ook op het bord zetten.

Slide 15 - Tekstslide

Ik heb nog hulp nodig bij de woordsoorten.
😒🙁😐🙂😃

Slide 16 - Poll

Tot de volgende keer!

Slide 17 - Tekstslide