het onderwerp
Ik verbrand mijn vingers aan het vuur.
Onderwerp en persoonsvorm staan in het
Onderwerp en persoonsvorm staan in het
A
enkelvoud
B
meervoud
1 / 23
Onderdelen in deze les
Ik verbrand mijn vingers aan het vuur.
Onderwerp en persoonsvorm staan in het
Onderwerp en persoonsvorm staan in het
A
enkelvoud
B
meervoud
Slide 1 - Quizvraag
Het onderwerp en persoonsvorm horen bij elkaar
A
ja
B
nee
Slide 2 - Quizvraag
Bij welke voegwoord staan onderwerp en persoonsvorm NIET naast elkaar?
A
maar
B
want
C
doordat
D
en
Slide 3 - Quizvraag
In een hoofdzin passen andere zinsdelen tussen onderwerp en persoonsvorm.
A
juist
B
onjuist
C
misschien
D
soms
Slide 4 - Quizvraag
Juist of onjuist?
Er bestaan zinnen met meerdere onderwerpen en persoonsvormen
Er bestaan zinnen met meerdere onderwerpen en persoonsvormen
A
juist
B
onjuist
Slide 5 - Quizvraag
In een hoofdzin staan ONDERWERP EN PERSOONSVORM direct naast elkaar
A
Juist
B
Onjuist
Slide 6 - Quizvraag
Bij een hoofdzin staan onderwerp en persoonsvorm altijd naast elkaar.
A
waar
B
niet waar
Slide 7 - Quizvraag
Bij een hoofdzin staan onderwerp en persoonsvorm altijd naast elkaar.
A
juist
B
onjuist
Slide 8 - Quizvraag
In een bijzin staan onderwerp en persoonsvorm nooit naast elkaar.
A
juist
B
onjuist
Slide 9 - Quizvraag
Bij welk voegwoord in samengestelde zinnen moet je ALTIJD naar het onderwerp en persoonsvorm kijken?
A
Want
B
Of
C
Maar
D
En
Slide 10 - Quizvraag
Goed of fout?
Een beknopte bijzin is een zin zonder onderwerp of persoonsvorm.
Een beknopte bijzin is een zin zonder onderwerp of persoonsvorm.
A
goed
B
fout
Slide 11 - Quizvraag
In een bijzin kunnen onderwerp en persoonsvorm naast elkaar staan.
A
juist
B
onjuist
Slide 12 - Quizvraag
In een samengestelde zin is er sprake van:
- één onderwerp
- twee persoonsvormen
A
Waar
B
Onwaar
Slide 13 - Quizvraag
Bij een hoofdzin staan onderwerp en persoonsvorm naast elkaar.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 14 - Quizvraag
Bij een hoofdzin kun je onderwerp en persoonsvorm uit elkaar halen.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 15 - Quizvraag
In een hoofdzin passen andere zinsdelen tussen onderwerp en persoonsvorm.
A
juist
B
onjuist
Slide 16 - Quizvraag
In een bijzin staan onderwerp en persoonsvorm nooit naast elkaar.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 17 - Quizvraag
Onderwerp en persoonsvorm
horen bij elkaar.
horen bij elkaar.
A
ja
B
nee
Slide 18 - Quizvraag
In een hoofdzin staan onderwerp en persoonsvorm uit elkaar.
A
juist
B
onjuist
Slide 19 - Quizvraag
Bij een bijzin staan onderwerp en persoonsvorm naast elkaar
A
waar
B
niet waar
Slide 20 - Quizvraag
In een hoofdzin staan onderwerp en persoonsvorm altijd naast elkaar.
A
Dat is juist.
B
Dat is onjuist.
Slide 21 - Quizvraag
Heeft een bijzin altijd een onderwerp en persoonsvorm?
A
nee, een PV is genoeg
B
nee, een onderwerp is genoeg
C
ja, maar het ow kan een verwijswoord zijn.
D
ja, want anders is het geen zin
