3.2 samenstelling en concentratie

3.2 Samenstelling en concentratie
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

3.2 Samenstelling en concentratie

Slide 1 - Tekstslide

Herhaling
Welke 2 soorten mengsels hebben we vorige keer besproken?

Slide 2 - Tekstslide

Herhaling
Welke 2 soorten mengsels hebben we vorige keer besproken?

Wat is het verschil tussen deze 2 mengsels?

Slide 3 - Tekstslide

Herhaling
Welke 2 soorten mengsels hebben we vorige keer besproken?

Wat is het verschil tussen deze 2 mengsels?

Kun je van beide een voorbeeld noemen?

Slide 4 - Tekstslide

Lesdoelen 3.2
Je kent het scheikundige begrip concentratie.

Je kunt rekenen aan concentratie.

Je kent het verschil tussen volumepercentage en massapercentage.

Slide 5 - Tekstslide


Concentratie: Hoeveel van 1 stof er voorkomt in een andere.

Slide 6 - Tekstslide

Massa/volume
Bij vloeistoffen spreken we van volume.

Bij vaste stoffen spreken we van massa.

Slide 7 - Tekstslide

Massa/volume
Bij vloeistoffen spreken we van volumepercentage.
(percentage alcohol in wijn)

Bij vaste stoffen spreken we van massapercentage.
(percentage vet in chips)

Slide 8 - Tekstslide

Rekenen aan concentratie
In appelsap zit 11 gram suiker per 100 mL sap.
Hoeveel suiker krijg je binnen als je een glas (250 mL) drinkt?

Slide 9 - Tekstslide

De verhoudingstabel
In appelsap zit 11 gram suiker per 100 mL sap.
Hoeveel suiker krijg je binnen als je een glas (250 mL) drinkt?
Suiker (g)
11
?
Appelsap (mL)
100
250

Slide 10 - Tekstslide

De verhoudingstabel
- Reken altijd terug naar 1
- Wat er boven gebeurt, gebeurt ook onder
Suiker (g)
11
?
Appelsap (mL)
100
1
250
/100
/100

Slide 11 - Tekstslide

De verhoudingstabel
- Reken altijd terug naar 1
- Wat er boven gebeurt, gebeurt ook onder
Suiker (g)
11
0.11
?
Appelsap (mL)
100
1
250
/100
/100

Slide 12 - Tekstslide

De verhoudingstabel
- Reken altijd terug naar 1
- Wat er boven gebeurt, gebeurt ook onder
Suiker (g)
11
0.11
?
Appelsap (mL)
100
1
250
x 250
x 250

Slide 13 - Tekstslide

De verhoudingstabel
- Reken altijd terug naar 1
- Wat er boven gebeurt, gebeurt ook onder
Suiker (g)
11
0.11
27.5
Appelsap (mL)
100
1
250
x 250
x 250

Slide 14 - Tekstslide

Eentje samen
In mijn sinaasappelsap zit 37 gram pulp per 100 mL
Wat is de concentratie in g/L?

Slide 15 - Tekstslide

Eentje samen
In mijn sinaasappelsap zit 37 gram pulp per 100 mL
Wat is de concentratie in g/L?

Pulp (g)
37
sinasappelsap (mL)
100

Slide 16 - Tekstslide

Eentje samen
In mijn sinaasappelsap zit 37 gram pulp per 100 mL
Wat is de concentratie in g/L?
Pulp (g)
37
Sinaasappelsap (mL)
100
1000

Slide 17 - Tekstslide

Nu is het aan jullie...
Op een zak paprikachips staat 
deze tabel met voedingswaardes:

Hoeveel zout zit er in een zak van 450g?

Slide 18 - Tekstslide

En nog eentje dan!
Johan stookt moonshine in een schuur. Hij wil graag een volumepercentage bereiken van 40%.

Bij een meting meet hij in een fles van 750 mL een inhoud van 275 mL alcohol. Heeft hij het gewenste vol.% bereikt?

Slide 19 - Tekstslide

Aan de slag!

Maak de opgaves van paragraaf 3.2.

Kijk ook goed in het boek naar de voorbeeldopdrachten.

Slide 20 - Tekstslide