In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Future plans + demonstrative pronouns
Slide 1 - Tekstslide
Lesson Goals
At the end of this lesson you:
can use to be going to to talk about future plans.
can use to be going to correctly.
know what demonstrative pronouns are.
can use demonstrative pronouns in a sentence.
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
To be going to
Let op! Je hoeft dus eigenlijk
alleen maar naar de vorm van
to be (am/are/is) te kijken!
Slide 7 - Tekstslide
Wanneer gebruik je 'to be going to + infinitive'?
Slide 8 - Open vraag
Hoe vervoeg je 'to be going to' in een zin?
Slide 9 - Open vraag
Fill in the following sentences by using to be going to. only put the missing part of the sentence We (…) a new computer game. (to play)
Slide 10 - Open vraag
Fill in the following sentences by using to be going to.
He (…) his friend. (not/phone)
Slide 11 - Open vraag
Fill in the following sentences by using to be going to.
You (…) a picnic next Tuesday. (not/have)
Slide 12 - Open vraag
Fill in the following sentences by using to be going to.
His brother (…) a letter to his uncle today. (to write)
Slide 13 - Open vraag
Fill in the following sentences by using to be going to. include I in your answer (…) I (…) my homework after school? (to do)
Slide 14 - Open vraag
engelsklaslokaal.nl
Slide 15 - Link
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Demonstrative pronouns
this/that/these/those
dit/dat/deze/die
enkelvoud
meervoud
Dichtbij
this (this book here)
these (these books here)
ver weg
that (that book there)
those (those books there)
Slide 20 - Tekstslide
Fill in the correct demonstrative pronoun
1. Look at (…) newspaper here.
Slide 21 - Open vraag
Fill in the correct demonstrative pronoun use a , between your anwers 2. (…) are my grandparents, and (…) people over there are my friend's grandparents.
Slide 22 - Open vraag
Fill in the correct demonstrative pronoun
3. (…) bottle over there is empty.
Slide 23 - Open vraag
Fill in the correct demonstrative pronoun Use a , between your answers
4. (…) is my phone and (…) are your parents’ phones on the shelf over there.
Slide 24 - Open vraag
Fill in the correct demonstrative pronoun
5. (…) book here is mine.
Slide 25 - Open vraag
Je gebruikt 'this'/'these' wanneer iets...
Slide 26 - Open vraag
Je gebruikt 'this' voor (...) en je gebruikt 'those' voor (...)
Slide 27 - Open vraag
Je gebruikt 'that'/'those' voor iets dat...
Slide 28 - Open vraag
Je gebruikt 'that' voor (...) en je gebruikt 'those' voor (...)
Slide 29 - Open vraag
Signaalwoorden voor 'this'/'these' zijn... Signaalwoorden 'that'/'those' zijn...
Slide 30 - Open vraag
engelsklaslokaal.nl
Slide 31 - Link
Wat heb je deze les geleerd?
Slide 32 - Open vraag
Lesson Goals
At the end of this lesson you:
can use to be going to to talk about future plans.
can use to be going to correctly.
know what demonstrative pronouns are.
can use demonstrative pronouns in a sentence.
Slide 33 - Tekstslide
Ik heb de lesdoelen behaald. Oftewel, ik snap de grammatica.
A
Ja, ik snap het helemaal!
B
Ik snap het bijna, met de opdrachten moet het lukken.
C
Ik snap het bijna, graag volgende les herhalen.
D
Nee, ik wil graag hulp bij het maken van opdrachten.