PW H4 Ontwikkeling Arm & Rijk T (2021)

PW H4 Ontwikkeling Arm & Rijk T
• Dit PW bestaat uit 18 vragen hierbij kun je totaal 58 punten scoren.

• Er is een bonusvraag waarmee je 1 punt kunt verdienen.

• De vragen beantwoord je online.

• Geef bij open vragen altijd antwoord in goede, volledige zinnen.

• Bekijk de afbeeldingen nauwkeurig voordat je antwoord geeft. Je kunt op de afbeelding klikken om deze te vergroten.

• Lees een vraag heel nauwkeurig. 

Ook als je na de eerste keer lezen de vraag niet begrijpt, lees je die vraag nog eens goed door.
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

PW H4 Ontwikkeling Arm & Rijk T
• Dit PW bestaat uit 18 vragen hierbij kun je totaal 58 punten scoren.

• Er is een bonusvraag waarmee je 1 punt kunt verdienen.

• De vragen beantwoord je online.

• Geef bij open vragen altijd antwoord in goede, volledige zinnen.

• Bekijk de afbeeldingen nauwkeurig voordat je antwoord geeft. Je kunt op de afbeelding klikken om deze te vergroten.

• Lees een vraag heel nauwkeurig. 

Ook als je na de eerste keer lezen de vraag niet begrijpt, lees je die vraag nog eens goed door.

Slide 1 - Tekstslide

PW H4 Ontwikkeling Arm & Rijk TH
• Als je een vraag niet begrijpt of je het antwoord niet weet, sla deze vraag dan over. 
Kom er later op terug.

• Check aan het eind van de toets of je alles goed hebt ingevuld.

In deze toets zijn drie soorten vragen verwerkt. Namelijk:
- Kennis
- Toepassing
- Inzicht
Bij elke vraag staat (K), (T) of (I). Afhankelijk van de soort vraag. 

Succes en veel plezier! :)

Slide 2 - Tekstslide

Welk begrip hoort bij de volgende omschrijving:

'Haven of vliegveld dat een grote rol speelt in het internationale vervoer'
A
Brainport
B
Greenport
C
Mainport

Slide 3 - Quizvraag

Welk begrip hoort bij de volgende omschrijving:

'De hoeveelheid goederen of diensten die je in een land voor een dollar of een euro kunt kopen.'
A
Welvaart
B
Koopkracht
C
Welzijn
D
BNP/Hoofd

Slide 4 - Quizvraag

Combineer de letters uit de afbeelding met de juiste cijfers

Slide 5 - Open vraag

Welke van onderstaande zinnen bevat een fout?
A
Koplopers – Ontwikkelde landen. Rijke landen waar de meeste mensen in de diensten werken.
B
Achterblijvers – Arme landen waar veel mensen in de informele sector werken.
C
Volgers – Minder rijke landen die wel op weg zijn in hun ontwikkeling.
D
Welvaartsziekte – Ziekte die ontstaat omdat iemand welvarend is en daardoor bijvoorbeeld te dik is geworden.

Slide 6 - Quizvraag

Veel mensen verdienen hun geld in de scharreleconomie. Welke landen worden hier bedoeld?
A
westerse landen
B
rijke landen met welvaartsziekten
C
arme landen
D
landen waar het welzijn hoog is

Slide 7 - Quizvraag

Welk begrip wordt hier bedoeld?

Het gebied dat voor de aanvoer en afvoer van goederen een haven nodig heeft.
A
Voorland
B
Binneland
C
Achterland
D
Buitenland

Slide 8 - Quizvraag

Vul het ontbrekende woord in.

Het grootste deel van de Nederlandse beroepsbevolking werkt in de ....................
Nederland verdient geld met het uitvoeren van producten.

Slide 9 - Open vraag

Vul het ontbrekende woord in.

De welvaart van Nederland komt vooral door de gunstige ligging.
Nederland ligt aan de rand van .................... en aan de monding van belangrijke rivieren.

Slide 10 - Open vraag

Bekijk de afbeelding.

Welke twee kenmerken horen bij Spanje?

Slide 11 - Open vraag

Combineer de letters uit de afbeelding met de juiste cijfers

Slide 12 - Open vraag

Bekijk de afbeelding goed.
Wat is de juiste kaart met cirkeldiagrammen als je kijkt naar de verdeling van de beroepsbevolking?

Slide 13 - Open vraag

Lees de tekst uit de afbeelding.

Welk begrip past het beste bij dit stukje tekst?

Slide 14 - Open vraag

Bekijk de afbeelding.
Als deze vrouw niets verkoopt heeft ze geen inkomsten.
Welk begrip past het beste bij de afbeelding?

Slide 15 - Open vraag

Vietnam staat 115e op de welzijnslijst van alle landen van de wereld. Het staat 169e op de wereldranglijst als je kijkt naar de koopkracht.

Welke zin past het beste bij Vietnam?
A
Vietnam is een achterblijver als je kijkt naar het welzijn, maar de inwoners hebben veel koopkracht.
B
Vietnam is een volger als je kijkt naar het welzijn, maar de koopkracht is erg laag.
C
Vietnam is een achterblijver als je kijkt naar het welzijn, ook de koopkracht is erg laag.
D
Vietnam is een volger als je kijkt naar het welzijn, maar de koopkracht is hoog.

Slide 16 - Quizvraag

Bekijk de kaart Nigeria 'Gezondheidsvoorzieningen'.

De kaart gaat over de dokters, ziekenhuizen en al het andere dat te maken heeft met gezondheidszorg.

Waarom past het begrip regionale ongelijkheid goed bij deze kaart?

Slide 17 - Open vraag

(I) Bekijk de afbeelding. Je ziet de bestemmingen van vliegtuigmaatschappij TUI vanaf Amsterdam.

Welk begrip past goed hier goed bij?
Leg je antwoord uit.

Slide 18 - Open vraag

(T) Als je kijkt naar welvaart, dan kunnen we de landen van de wereld indelen in drie soorten landen.

Geef aan in welke drie groepen de landen worden ingedeeld en noem daarbij één kenmerk waarop deze indeling gemaakt wordt.

Slide 19 - Open vraag

(T) Geef van de volgende beroepen aan tot welke sector deze behoren. Sleep het beroep naar de juiste sector.
Primaire sector
Secundaire sector
Tertiaire sector
verwarmingsmonteur.
Apotheker
maïsverbouwer
buschauffeur
dakpannenlegger
zalmkweker

Slide 20 - Sleepvraag

Evaluatie / Zelfreflectie
Om het bonuspunt te verdienen moet de evaluatie / zelfreflectie volledig en in volledige zinnen. Bekijk en beantwoord de vragen in de afbeelding.

Bekijk je eigen werkwijze kritisch, wellicht kun je er iets van leren voor de toekomst!

Slide 21 - Open vraag