In deze les zitten 25 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
FEIT & FICTIE
MIJN INBREKER EN IK
Slide 1 - Tekstslide
Leg uit wat het domein Feit&Fictie inhoudt om de context van de les duidelijk te maken.
Meer informatie in Handleiding
KENMERKEN DOCUMENTAIRE
Welke kenmerken van een documentaire kun je noemen?
Slide 2 - Tekstslide
Testen van de voorkennis bij de leerlingen. Wat weten ze al over documentaire?
Je kunt dit eventueel met de leerlingen doorlopen en aanvullen. Op deze manier kun je ook misverstanden over het genre rechtzetten.
REGELS DOCUMENTAIRE
Wat zijn de regels van een documentaire?
Slide 3 - Tekstslide
Na het testen van de voorkennis proberen leerlingen te bedenken aan welke regels je moet voldoen wanneer je als filmmaker een documentaire maakt. Wat is er bijvoorbeeld anders dan bij fictiefilm?
HYBRIDE DOCUMENTAIRE
Wat denk je dat een Hybride Documentaire is?
Slide 4 - Tekstslide
Leerlingen proberen nu de betekenis van het begrip ‘Hybride documentaire’ te construeren. Een hulpvraag hierbij kan zijn: Wat betekent het woord hybride? Denk bijvoorbeeld aan een hybride auto.
IETS DIERBAARS GESTOLEN
Slide 5 - Tekstslide
Hoe zou jij je voelen wanneer er iets dierbaars van je wordt gestolen?
De leerling leeft zich in in de positie van het slachtoffer van een inbraak
STRAF
Slide 6 - Tekstslide
Wat is een rechtvaardige/ rechtsgeldige manier om een inbreker te straffen? En wat denk je dat het slachtoffer voor straf zou willen voor de inbreken? Hierbij gaat het er vooral om dat de leerling het onderscheid maakt tussen de objectieve strafmaat (van het rechtssysteem) en de subjectieve strafmaat (van het slachtoffer)
FILMISCHE ELEMENTEN
Slide 7 - Tekstslide
Waarin verschilt een fictiefilm en een documentaire? Probeer dit te benoemen voor de volgende aspecten: Het verhaal / Camera en montage/ Acteurs/ Muziek
Meer informatie in Handleiding
Slide 8 - Video
Camera: Wat valt je op aan het cameragebruik? Met wat voor camera’s is er gefilmd? Geluid: welke rol speelt de muziek? Is het geluid diëgetisch of non-diëgetisch? Leerlingen kijken de film en kijken gericht: ze krijgen vragen mee waardoor ze bepaalde elementen in de film bewuster herkennen en na het zien van de film kunnen benoemen.
VERHAALLIJN
Slide 9 - Tekstslide
Wat is de verhaallijn? Vanuit welk perspectief wordt het verhaal verteld? Hoe weet je dit? Leerlingen proberen tijdens het kijken te ontleden hoe het verhaal uit de film aan hen verteld wordt
KUNST
Slide 10 - Tekstslide
Op welke manieren laten de gebeurtenissen in de film Kaweh een drastische beslissing nemen voor kunst, voor zijn project?
KEUZES
Slide 11 - Tekstslide
Welke keuzes heeft de filmmaker gemaakt wat betreft het vertellen van het verhaal? Welke momenten heeft hij uitgekozen om te laten zien? En wat zie je niet? Wat heeft dit voor effect op de film en de manier waarop de kijker (jij) de film beleeft?
EERSTE REACTIE
Slide 12 - Tekstslide
Wat is jouw eerste gevoel/ gedachte na het zien van de film?
WAT ZOU JIJ DOEN?
Slide 13 - Tekstslide
Wat zou jij hebben gedaan als jij de filmmaker was en in deze situatie belandde?
BEDOELING MAKER
Slide 14 - Tekstslide
Wat denk je dat de bedoeling van de maker is bij deze film?
FILMANALYSE 1
Slide 15 - Tekstslide
Welke elementen zorgen ervoor dat je wordt meegenomen in de film? Er zitten een aantal filmische elementen die we kennen uit de fictiefilm, zoals het gebruik van muziek, die ervoor zorgen dat je in het verhaal wordt getrokken
FILMANALYSE 2
Slide 16 - Tekstslide
Welke elementen zorg er voor dat je je bewust bent dat je naar een film kijkt? De voice-over werkt vervreemdend, evenals het schakelen tussen de voice-over en het diëgetisch geluid
FILMANALYSE 3
Slide 17 - Tekstslide
Benoem elementen uit de film die je als ‘documentair’ kunt bestempelen.
VERHOUDING
Slide 18 - Tekstslide
Wat verandert er gedurende de film in de verhouding tussen ome omar als inbreker en de filmmaker als slachtoffer. Eerst is ome Omar de dader (dief laptop) en de filmmaker het slachtoffer. gedurende de film worden deze rollen steeds meer omgedraaid.
OBJECTIEF/SUBJECTIEF
Slide 19 - Tekstslide
Wat is objectief en wat is subjectief in deze film? Bespreek hier wat we zien door de ogen van de filmmaker en wat we objectief meekrijgen. Van welke elementen in de film weten we zeker dat ze zo zijn zoals ze gepresenteerd worden? afhankelijk van het niveau van de leerlingen kan het van belang zijn om vooraf goed door te spreken wat objectiviteit en subjectiviteit betekent en hoe je dit in film kunt herkennen.
HOOFDSTUKKEN
Slide 20 - Tekstslide
Waarom heeft de filmmaker gekozen voor hoofdstukken, denk je?
EINDE VAN DE FILM
Slide 21 - Tekstslide
Is het einde open of gesloten? waarom denk je dat de filmmaker hiervoor heeft gekozen?
HYBRIDE DOCUMENTAIRE
Slide 22 - Tekstslide
Vind je deze film een Hybride documentaire? Waarom wel/niet? Beargumenteer! leerling koppelt de definitie van hybride documentaire aan de film en onderbouwt het standpunt met filmische elementen uit de filmanalyse
KUNSTOPLEIDING
Slide 23 - Tekstslide
De film is gemaakt als afstudeerfilm aan een kunstacademie (De Gerrit Rietveld Academie). Waar zie je dit in terug? Aan de hand hiervan kan ook een stap gemaakt worden naar de filmwereld als beroepenveld en verschillende creatieve opleidingen
VERWERKINGSOPDRACHT
Slide 24 - Tekstslide
Maak een foto waarbij je de kijker laat nadenken over of dat wat je laat zien op de foto echt of niet echt is. Let er op dat het dus niet meteen duidelijk is of het het een of het ander is. Leerlingen passen de thematiek uit de les nu toe in een eigen foto-opdracht. als afsluiting kan de docent enkele foto’s met de klas bekijken en leerlingen laten stemmen over of het echt of niet echt is en de leerlingen laten benoemen waar ze dit uit opmaken.