onderzoeksverslag

• Scheikunde
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

week 4 mengsels scheiden

wat weet je nog van vorige week?

• Een mengsel bevat meerdere molecuulsoorten
• heeft dus ook een smelt- en kooktraject (h1)
• bij scheiden van mengsels maak je gebruik van stofeigenschappen om de deeltjes te sorteren
• elke scheidingsmethode berust op een andere stofeigenschap

les 16 dec Cl 4 en Cl 3 op 7 januari

• vragen hw?
• controle en in stilte nakijken (timer 10 min. )daarna bespreken 10  minuten (er moet veel nagekeken en besproken)
• uitleg par 5 concentratie en percentage samen maken:60 +61
  
• let op: anders dan in het werkboek staat, moet je bij 60 t/m 63 eerst de concentratie en dan pas het percentage berekenen)
  
• verder met 50 t/m 53 en/of verder bespreken moeilijke opgaves
  
• hw: voor na vakantie? afhankelijk van hoe er gewerkt wordt.

programma 9 januari Cl 3

• bespreken nagekeken hw selectie belangrijke opdrachten
  
• uitleg concentratie en percentage 
• (individueel) maken opdrachten
• inzage toets
• hw?
  

waarnemen

• met je zintuigen
• objectief (dus niet:  het ruikt vies/ het smaakt lekker)
• zo zorgvuldig mogelijk: de 3 W's:
     - wat gebeurt er?
     - waar/wanneer gebeurt het?
     - met welke stof? 
  

Het ziet er vies uit = 

Altijd passend bij onderzoeksvraag

• lees het doel/onderzoeksvraag
• waarnemingen (=data verzamelen) én  theorie met elkaar in verbinden  (wat weet je al? wat zegt  deze waarnemingen je? )= analyseren
• Leg uit met woorden als:
   .....dus.....;.......want...;....omdat.....
• gebruik jouw waarnemingen
  

conclusie trekken, 

waar moet je op letten?

concentratie berekenen

• de concentratie is altijd een deel van de stof vergeleken met het geheel
• 
  
  
• of 
• altijd in (m)g/L of afgeleide eenheden daarvan

concentratie=​hoeveelheidmengsel​​hoeveelheid(opgeloste)stof​​

concentratie=​geheel​​deel​​

percentage = altijd in procenten

• percentage lijkt veel op de concentratie, alleen reken je om naar procenten
•                                                               %
• volumepercentage (bij vloeistof in vloeistof mengsel) en massapercentage (bij vaste stoffen)
•  je antwoord kan nooit > 100% zijn      
  

percentage=​geheel​​(deel)​​⋅100

programma 21 januari

• opgave 60 samen dus schrijf mee!
• daarna alle andere opdrachten steeds op dezelfde manier dus gevraagd, gegeven, oplossing; eerst de concentratie en daarna het percentage uitrekenen.
• klaar met 68? dan goed lezen par 6 en maken: 75 t/m 77 en aanvang aan test jezelf

programma 24 januari cl 4

• eerste 10 a 15 minuten practiucmdossier; herhaling uitleg conclusie, zelf verbeteren met andere kleur 
• klaar dan in stilte nakijken hw : 61 t/m 66, 
• bespreken hw 
• daarna zelf maken 68,  goed lezen par 6 en maken: 75 t/m 77 en test jezelf t/m 10 (hw controle!)
• Toets hst 3 = op 10 februari
  

programma 24 januari cl 3

• eerste 10 a 15 minuten practiucmdossier; herhaling uitleg conclusie, zelf verbeteren met andere kleur
• klaar dan in stilte nakijken hw : 61 t/m 66, 68 en75 t/m 77 
• bespreken hw
• hw volgende les: leren hst 3 en maken test jezelf t/m 10(controle hw !)
• Toets hst 3 = op 11 februari
  

programma 21 januari

• zelfstandig hst bestuderen 15m. 
• quizzzzz met beloning winnaar
• vragen stellen over het hst
• zelfstandig test jezelf maken 15m.
• in groepjes  antwoorden bespreken 15 m.
• samen goede antwoorden doorlopen en wat/hoe leren 
• iets voor jezelf doen?
  

TOETS 15 januari 1e lesuur

programma 28 jan. 

• nakijken en bespreken 65 t/m 67 via het bord dus in juiste tempo mee doen en antwoorden overnemen
• kort bespreken par 3.6 
• afmaken test jezelf (in stilte, zonder boek )
• bespreken 1e deel test jezelf 
• hw afmaken test jezelf en leren hst 3 noteer je vragen
• vrijdag in de middagpauze nakijken en verbeteren rode kool: Kelvin, Samuel Cl 4 en Rik Cl 3

maken test jezelf

• in stilte,zonder boek,
• noteer voor jezelf als je het boek wel nodig hebt(=aandachtpunt voor de toets)
• kom je er nog niet uit? steek je vinger op en vraag de docent
• klaar? dan iets voor jezelf
• over 15 minuten 1e deel nakijken en bespreken

programma 31 jan. 

• nakijken met nakijkboekje in stilte, noteer wat je niet snapt
• bespreken rest testjezelf 
•  quiz hst 3 
  
• Toets hst 3 op 10 en 11 februari 
• practicumdossier verder verbeteren (niet beoordelen)
• (vandaag in de middagpauze nakijken en verbeteren rode kool: Kelvin, Samuel Cl 4 en Rik Cl 3)
  

programma 31 jan. 

• nakijken met nakijkboekje in stilte, noteer wat je niet snapt
• bespreken moeilijkste opdrachten klassikaal
•  quiz hst 3 
  
• Toets hst 3 op 10 en 11 februari 
• tijd over? dan mag je iets voor jezelf doen 
• (vandaag in de middagpauze nakijken en verbeteren rode kool: Kelvin, Samuel Cl 4 en Rik Cl 3)
  

Welk van de volgende uitspraken over een mengsel is/zijn waar?

1. Een mengsel bestaat uit een soort molecuul
2. Een mengsel bestaat uit twee of meer soorten moleculen
3. Een mengsel heeft een kookpunt
4. Een mengsel heeft een kooktraject

Welke soort mengsels kun je scheiden door middel van filtratie?

1. Oplossingen
2. Suspensies
3. Emulsies
4. adsorpties

De scheidingsmethode extraheren berust op het verschil in:

1. Kookpunt
2. Deeltjesgrootte
3. Oplosbaarheid
4. Aanhechtingsvermogen

wat voor soort mengsel krijg je als je water met olijfolie goed mengt?

1. een oplossing
2. een suspensie
3. een emulsie
4. een extract

hoe kun je het mengsel van water, zeep en olijfolie goed scheiden?

1. verhitten tot emulgator kapot gaat
2. filtreren
3. destilleren
4. een extractiemiddel toevoegen

De scheidingsmethode extraheren berust op het verschil in:

1. Kookpunt
2. Deeltjesgrootte
3. Oplosbaarheid
4. Aanhechtingsvermogen

Welke van onderstaande mengsels is een emulsie

1. Zeewater
2. Melk
3. jus d'orange
4. Koffie

wat voor soort mengsel krijg je als je water met bruine suiker goed mengt?

1. een emulsie
2. een suspensie
3. een oplossing
4. een extract

welke uitspraken kloppen voor het mengsel van water met zand:
het is een.....

1. Suspensie en het best te scheiden via filtratie
2. Suspensie en het best te scheiden via destillatie
3. Oplossing en het best te scheiden via indampen
4. emulsie en het best te scheiden via indampen

welke uitspraak over koolstof is niet waar

1. het is een adsorptiemiddel
2. het is een absorptiemiddel
3. als je het fijn maalt werkt het beter
4. als het stoffen heeft geadsorbeerd moet het worden vervangen