Argumentatiestructuren

H 20 Argumentatiestructuren (blz. 104)

Je leert hoe je argumentatiestructuren herkent en hoe je de aanvaardbaarheid van argumenten beoordeelt. 
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H 20 Argumentatiestructuren (blz. 104)

Je leert hoe je argumentatiestructuren herkent en hoe je de aanvaardbaarheid van argumenten beoordeelt. 

Slide 1 - Tekstslide

Argumentatiestructuren
- Enkelvoudig
- Nevenschikkend
- Onderschikkend

Slide 2 - Tekstslide

Enkelvoudige argumentatie
Ik zou maar een paraplu meenemen, want het gaat zo regenen. 

Slide 3 - Tekstslide

 Nevenschikkend: meerdere argumenten
- onafhankelijk: argumenten staan los van elkaar
- afhankelijk: argumenten kunnen niet los van elkaar

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Iedereen zou moeten stoppen met roken, want roken is ontzettend slecht voor je gezondheid en kost veel geld.
A
afhankelijk
B
onafhankelijk

Slide 6 - Quizvraag

Iedereen zou moeten stoppen met roken, want roken kost veel geld en het is belangrijk om geld te besparen.
A
afhankelijk
B
onafhankelijk

Slide 7 - Quizvraag

Onderschikkende argumentatie:
Een argument wordt ondersteund met een ander argument. 
Iedereen zou  moeten stoppen met roken, want roken is ontzettend slecht voor de gezondheid, want roken kan zorgen voor hart- en vaatziekten.

Slide 8 - Tekstslide

Welke argumentatiestructuur herken je hier?

Slide 9 - Tekstslide

Welke argumentatiestructuur?
A
onderschikkend
B
nevenschikkend, afhankelijk
C
nevenschikkend, onafhankelijk

Slide 10 - Quizvraag

Welke argumentatiestructuur herken je hier?

Slide 11 - Tekstslide

Welke argumentatiestructuur?
A
onderschikkend
B
nevenschikkend, afhankelijk
C
nevenschikkend, onafhankelijk

Slide 12 - Quizvraag

Je moet zelf kunnen bepalen wanneer in het schooljaar je op vakantie gaat
Schrijf nevenschikkende onafhankelijke argumentatie op bij het volgende standpunt:
Theorie: blz. 104-105
timer
4:00

Slide 13 - Tekstslide

De leeftijdsgrens voor stemmen moet worden verlaagd naar 16 jaar
Schrijf onderschikkende argumentatie op bij het volgende standpunt:
Theorie: blz. 104-105
timer
4:00

Slide 14 - Tekstslide

Maak opdracht 1, 3 en 4 (blz. 98). 

Wat niet af is, is huiswerk voor maandag. 

Slide 15 - Tekstslide