3.3 Lezen

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Welkom

Pak je boek Nederlands, je leesboek + etui.
Ga rustig zitten op je vaste plek en start met lezen (15 min.)

Weektaak

3.3 Lezen

opdracht 2 t/m 18
12 niet

3.3 lezen

Je leert:

- meningen en argumenten herkennen.

- signaalwoorden van reden en van conclusie aan te geven.

- wat een betoog is.

- hoe je de hoofdgedachte vindt.

Het vmbo is een vervolgschool van de basisschool.

1. Feit
2. Mening

Ik ga met plezier naar school

1. Feit
2. Mening

Op mijn school wordt goed lesgegeven.

1. Feit
2. Mening

In klas 2 hebben alle leerlingen Nederlands

1. Feit
2. Mening

Mening/ argument

Mening = wat je van iets vindt

Argument = waarom je iets vindt

Ik vind school niet leuk, want ik heb geen vrienden.

Wat is een argument?

Als iemand zijn mening wil verdedigen, legt hij uit waarom hij iets vindt. Dit noem je een argument.

Veel gebruikte signaalwoorden bij argumenten zijn: 

want

omdat

daarom

namelijk

Ik vind dit een mooi gebouw, want het is een modern gebouw.

We zouden vaker een feestje moeten geven, omdat ik dat gezellig vind.

Soort tekst: Betoog

Betoog = tekst met de mening van de schrijver, om jou te overtuigen.

Inleiding --> de mening

Kern --> de argumenten

Slot --> conclusie

Weektaak

Werk in stilte aan de weektaak (opdracht 2 en 3 uit 3.3 Lezen). 

Heb je een vraag? Sla de opdracht dan even over.

Signaalwoorden

Signaalwoorden

Signaalwoord van conclusie

kahoot signaalwoorden

Weektaak

Werk in stilte aan de weektaak. Heb je een vraag? Sla de opdracht dan even over.

Weektaak

Werk aan de weektaak. Je mag zacht overleggen.

Loop je op schema? Dan ben je na vandaag bij opdracht 11.

Vind de hoofdgedachte:

- Lees de inleiding, slot en titel.

- Bepaal het onderwerp

- Schrijf in één zin op wat de schrijver zegt over het onderwerp.

Hoofdgedachte = het belangrijkste wat de schrijver wilt zeggen.

Tekst 3, blz. 196

Weektaak

Werk in stilte aan de weektaak. Heb je een vraag? Sla de opdracht dan even over.

Weektaak

Werk aan de weektaak. Je mag zacht overleggen.

Loop je op schema? Dan ben je na vandaag bij opdracht 18.