In deze les zitten 18 slides, met tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 180 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Programma
Begeleidingsstijlen
Begeleidingsmethodiek
Gesprekstechnieken
Opdracht werkplekleren
Slide 2 - Tekstslide
Wat zijn begeleidingstijlen ?
Wanneer je werkt met mensen met een verstandelijk beperking, dan heeft jouw manier van begeleiden invloed op de mate van zelfstandigheid van de cliënt.
Belangrijk om te weten is dat alle stijlen nuttig kunnen zijn afgestemd op de situatie en de behoefte van de client.
Slide 3 - Tekstslide
4 stijlen van begeleiding
Instrueren
Overtuigen
Overleggen
Delegeren
Slide 4 - Tekstslide
Instrueren
Het geven van instructies aan de cliënt
Actief en richtinggevend
Wanneer kan je de begeleidingsstijl instrueren toepassen?
Slide 5 - Tekstslide
Overtuigen
Overtuigen wil zeggen dat je iemand met bewijzen op een andere gedachte brengt
Je probeert bij deze stijl de cliënt te betrekken in besluiten die genomen moeten worden, je licht besluiten toe
Wanneer kan je de begeleidingsstijl overtuigen toepassen?
Slide 6 - Tekstslide
Overleggen
Met de cliënt in overleg over het doen van activiteiten of tot een gezamenlijk besluit komen
Meedenken en meebesluiten staan centraal.
Wanneer kan je de begeleidingsstijl overleggen toepassen?
Slide 7 - Tekstslide
Delegeren
Delegeren staat voor overdragen van een taak
Je legt de verantwoordelijkheid voor de te nemen besluiten, het oplossen van problemen en het verrichten van taken leg je helemaal bij de cliënt neer
Wanneer kan je de begeleidingsstijl delegeren toepassen?
Slide 8 - Tekstslide
Welke stijl(en) pas jij toe in de begeleiding van jouw cliënten
Als je kijkt naar het doen van een activiteit met de cliënt
of
het gedrag van de cliënt
of
bij het voeren van een gesprek
Gebruik je een mix verschillende stijlen door elkaar?
Slide 9 - Tekstslide
Begeleidingsmethodiek: vraaggericht werken
Vraaggericht werken is een methodiek waarbij de behoefte en wens van de cliënt centraal staat. Cliënt en professional gaan (daar waar mogelijk is) met elkaar in gesprek over de meest geschikte zorg.
Slide 10 - Tekstslide
Begeleiden van de cliënt bij het voeren van eigen regie
Maakt contact voor je handelt
Toon respect
Vraag wat de cliënt nodig heeft
Lever zorg op maat
Communiceer helder
Werk goed samen
Ken jezelf
Ga ervoor!
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Gesprekstechnieken (ezelsbruggetjes)
NIVEA: Niet Invullen Voor Een Ander
LSD: Luisteren, Samenvatten en Doorvragen
OMA: stel Oordelen, Meningen of Aannamen uit
OEN: Open, Eerlijk en Nieuwsgierig
Slide 13 - Tekstslide
(actieve) Luisteroefening
Vertel, om en om, een verhaal van ongeveer 30 seconden. De ander(en) luisteren en geven zijn/haar verhaal weer.
Wat valt je op?
Slide 14 - Tekstslide
Vormen van niet-luisteren
Ongeïnteresseerd luisteren (weinig interesse, mist stukken van het verhaal)
Passief luisteren (let niet op non-verbale communicatie)
Oordelend luisteren (je hebt er al een mening over)
Ongeduldig luisteren (geen/weinig tijd)
Selectief luisteren (pakt alleen bepaalde dingen eruit)
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Video
De ketenzorg
Bij de zorg van sommige chronische aandoeningen is de hulp van meerdere artsen en zorgverleners nodig. Bijvoorbeeld de huisarts in samenwerking met een diëtist en een fysiotherapeut of oefentherapeut. Dit noemen we ketenzorg.
Slide 17 - Tekstslide
Opdracht Mindmap
Jullie hebben zojuist het filmpje bekeken. Maak een Mindmap met daarin de ketenzorg voor de cliënten binnen jouw organisatie.