Spreken en gesprekken voeren H5

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Spreken en gesprekken voeren

Hoofdstuk 5

Wat gaan we vandaag doen?

- Terugblik vorige les

- Uitleg hoofdstuk 5

- Individuele opdracht

- Opdracht in tweetallen

- Afsluiting 

Doelen

1. Na deze les weet je hoe je kunt doorvragen in een gesprek.

Wat hebben we gisteren gedaan?

Wat is er belangrijk bij het houden van een discussie? Er zijn meerdere antwoorden goed

1. Geef je mening
2. Blijf bij het onderwerp
3. Laat elkaar uitpraten
4. Ondersteun je mening door gebruik te maken van argumenten

Informatie vragen

Aan wie vraag jij wel eens informatie?

Wat is het verschil tussen open en gesloten vragen?

Heb je broers of zussen?

1. open vraag
2. gesloten vraag

Informatie vragen

- Bedenk vooraf wat je precies wilt weten (schrijf vragen op)

- Vraag door als de informatie onduidelijk of onvolledig is

Een vriendin van je organiseert het schoolfeest. Je bent benieuwd hoe het gaat met de voorbereidig

- Hoe gaat het met de voorbereiding?

- Wat moet je nog regelen?

Hoe is de samenwerking met de rest van de leerlingen?

Er is volgende week een sportdag. Je wil graag meedoen, maar je wilt eerst wat informatie. Je vraagt dit aan je docent. Bedenk twee vragen die je kunt stellen.

Wat is doorvragen?

Oefenen werkblad 

Zelfstandig oefenen

- Vul de vragen op het werkblad in

- Dit doe je alleen (Steek je hand op als je een vraag hebt)

- 5 minuten (docent houdt de tijd bij)

- Na de opdracht weet je hoe je moet doorvragen bij een onvolledig antwoord

Klaar? Bedenk zelf twee zinnen met een onvolledig antwoord, bedenk hier zelf een vervolgvraag bij.

Opdracht in tweetallen

Kies één van de twee situaties --> Bedenk twee vragen die je kunt stellen inclusief antwoord. Bedenk twee vervolgvragen op de antwoorden. (Vragen steek je vinger op)

- 5 minuten (docent houdt de tijd bij)

- Klaar? Schrijf op wat voor lichaamstaal je bij het gesprek wilt gebruiken.