1 Herhaling (voor Magister)

  • Je kan een toe- en afname bij een percentage berekenen.
  • Je kan een percentage bij een toe- of afname berekenen.
  • Je kan het totaal bij een deel berekenen.
  • Je kan rekenen met verhoudingen.
  • Je kan een getal in de wetenschappelijke notatie zetten.
  • Je kan een getal vanuit de wetenschappelijke notatie in normale notatie zetten.
  • Je kan rekenen met lengte, oppervlakte en inhoud.
  • Je kan rekenen met tijd, afstand en snelheid.
  • Je kan informatie uit grafieken halen.
Leerdoelen
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
MentorlesMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

  • Je kan een toe- en afname bij een percentage berekenen.
  • Je kan een percentage bij een toe- of afname berekenen.
  • Je kan het totaal bij een deel berekenen.
  • Je kan rekenen met verhoudingen.
  • Je kan een getal in de wetenschappelijke notatie zetten.
  • Je kan een getal vanuit de wetenschappelijke notatie in normale notatie zetten.
  • Je kan rekenen met lengte, oppervlakte en inhoud.
  • Je kan rekenen met tijd, afstand en snelheid.
  • Je kan informatie uit grafieken halen.
Leerdoelen

Slide 1 - Tekstslide

Percentages

Slide 2 - Tekstslide

Percentages

Slide 3 - Tekstslide

\

.
.
.
  1. Bereken hoeveel delen er in totaal zijn.
  2. Bereken hoe groot 1 deel is.
Verhoudingen

Slide 4 - Tekstslide

.

Altijd x10 tot de macht
Groot getal positieve exponent
Klein getal negatieve exponent
Wetenschappelijke notatie

Slide 5 - Tekstslide

Lengte, opp., inhoud

Slide 6 - Tekstslide

  1. Lees de titel van de tabel.
  2. Bekijk goed hoe de tabel werkt en wat er in de tabel staat.
  3. Schrijf de gegevens die je gebruikt op.
  4. Bereken wat er wordt gevraagd .
Tabellen

Slide 7 - Tekstslide

  1. Gebruik de twee omliggende of dichtsbijzijnde waarden.
  2. Bereken het verschil aan de bovenkant.
  3. Bereken het verschil aan de onderkant.
  4. Bereken het verschil per stap:  verschil onder/verschil boven
  5. Tel hoeveel stappen je verder moet.
  6. Bereken de gevraagde waarde.
Inter- en extrapoleren

Slide 8 - Tekstslide

Snelheden

Slide 9 - Tekstslide

  1. Onderstreep/arceer de belangrijke informatie uit de tekst.
  2. Lees goed waar de grafiek over gaat.
  3. Zijn er twee asverdelingen? Kijk goed welke lijn bij welke as hoort.


Grafieken

Slide 10 - Tekstslide

Basisniveau: D-toets H1 en H2

Extra uitdaging: Gemengde opgaven opdracht 1 t/m 23 (achterin je boek)
Oefenen

Slide 11 - Tekstslide