Week 46, les 1 en 2

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

WELKOM!!

We gaan aan de slag!!

Cursus 5, grammatica

Neem je boek en schrift voor je, ajb.

Hoe gaat het?

Cursus 5

Paragraaf 9, MV

Opdr. 2, blz. 221, klassikaal ... Hoe gaat het? Zijn er vragen?

Enkele zinnen

Hoe gaat het?

1. Heeft deze mevrouw chocolaatjes gevoerd aan haar schoothondje?

PV =

OW =

WG =

LV =

MV =

Hoe gaat het?

3. Gisteren leende Marja vijf euro aan Welmoed voor een ijsje van Talamimi.

PV =

OW =

WG =

LV =

MV =

Hoe gaat het?

A1X: We doen een quiz of een kwis.

Het lijdend voorwerp begint bijna nooit met een voorzetsel.

1. juist
2. niet juist

Het lijdend voorwerp staat altijd achteraan in de zin.
[juist / niet juist]

1. juist
2. niet juist

Het lijdend voorwerp vind je met de vraag Wie / Wat + persoonsvorm.

1. juist
2. niet juist

Wanneer je het getal van de persoonsvorm verandert, verandert het lijdend voorwerp mee.

1. juist
2. niet juist

Iedere maandag haalden de medewerkers van de kinderboerderij in het wijkrestaurant etensresten op.

1. lv = in het wijkrestaurant
2. lv = de kinderboerderij
3. lv = Iedere maandag
4. lv = etensresten

ander zinsdeel 1e

Onderwerp

Rest WG

Persoonsvorm / WG

Lijdend voorwerp

Ander zinsdeel 2e

Ander zinsdeel 3e

Zonder rijbewijs

kun

je

als vrachtwagenchauffeur

onmogelijk

een baan

vinden

Stappenplan zinsdelen

stap 1: Noteer PV (vraagproef, tijdproef)

stap 2: Noteer OW ... Vraag: Wie (wat) + PV?

stap 3: Noteer WG (PV + alle WW) 

Let op de woordjes 'te' en 'aan het'!

stap 4: Zoek LV ... Vraag: Wat (wie) + WG + OW?

stap 5: Zoek MV ... Vraag: Aan (voor) wie + WG + OW + LV?

CTRL: Kun je 'aan' weglaten of toevoegen?

stap 6: Zoek de zinsdelen die overblijven.             BWB

BWB geeft antwoord op vragen als: Waar? Wanneer? Waarom? Hoe? Waardoor? Waarheen? Waarvandaan? Waarover? Hoelang? Deze vraagwoorden zelf zijn ook BWB!

Zelfstandig werken en ... zet in je Plenda ajb! Wat klaar is, is géén huiswerk! Wat niet klaar is, is huiswerk!

Cursus5, grammatica

Nakijken paragraaf 5 (LV) en/of 9 (MV)

Paragraaf 11 (BWB)

bestudeer blz. 224,

maak opdr. 1 ,

opdr. 2 (zin, 1, 3, 5

en 6) en 

opdr. 3

Kijk na par. 9 (MV)