2V ma 31-10-2022


-  


timer
10:00
Welkom! 2V maandag 31 oktober!

Starten met 10 minuten lezen
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les


-  


timer
10:00
Welkom! 2V maandag 31 oktober!

Starten met 10 minuten lezen

Slide 1 - Tekstslide

wie is één van onderstaande spullen vergeten?
- boek
- lesboek
-schrift
- laptop
Controle weektaak 

opdrachten gemaakt?

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we doen:
- Lezen (let op deadline is 6 november, dat is over 13 dagen)
- Bespreken proeftoets 
- Afspraken maken 

Slide 3 - Tekstslide

Proeftoets so bespreking
Resultaten: 

1. woordsoorten benoemen
2. bijvoeglijke bepaling
3. zinsdelen maken en benoemen

Slide 4 - Tekstslide

Wat ga je doen 
grammatica en spelling verbeteren
In de lesplanner staan linkjes die verwijzen naar oefeningen.

Kijk op jufmeilis.nl en of cambiumned.nl

Leer de stencils uit je hoofd en leer de begrippen toe te passen

Slide 5 - Tekstslide

Clusteruur
maandag 31 oktober  het 7e uur
donderdag 3 november het 1e uur (Bogerman bijlesuur)
so is maandag 7 november het 6e uur

oefenen tijdens clusteruur en persoonlijke uitleg 

Slide 6 - Tekstslide

Uitleg voor iedereen
Bijvoeglijke bepaling 
zegt iets over zelfstandig naamwoord
kan voor of achter het zelfstandig naamwoord staan
is onderdeel van een zinsdeel

Slide 7 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen zin 1, 2 en 3?
1. In die zaal | heeft | dat meisje | een schilderij | bekeken.
2. In die nieuwe zaal | heeft | dat leuke meisje | een prachtig schilderij | bekeken.
3. In die nieuwe zaal van het museum | heeft | dat leuke meisje uit mijn klas | een prachtig schilderij van Frans Hals | bekeken.

Slide 8 - Tekstslide

  • Door in zin 1 woorden/woordgroepen bij te voegen hebben we zin 2 en 3 gekregen. 
  • Die woorden/woordgroepen zeggen iets extra's over zaal, over meisje, over schilderij: over een zelfstandig naamwoord dus.  
  • Dat extra's kan vóór en achter het zelfstandig naamwoord (kernwoord) staan. Wanneer het achter een zelfstandig naamwoord staat begint het met een voorzetsel (van, in, op etc.)

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Wat te doen deze week? Af donderdag het 3e uur!

je gaat oefenen met de onderdelen die je nog niet goed beheerst

je gaat verder lezen in je leesboek (boek uit voor 6 november)

je gaat de weektaak maken

Slide 12 - Tekstslide


Kijk op de lesplanner bij weektaak: 
24 okt - 30 okt en deze week 31 okt - 6 november
Lees goed en maak gebruik van de hulpmiddelen en maak de opdrachten


Slide 13 - Tekstslide

Volgende les:

- je hebt een (nieuw) leesboek bij je

SO

- je hebt geoefend op de onderdelen die je nog niet goed beheerst

Slide 14 - Tekstslide