Tijdvak 5 - de Nederlandse opstand

5.4 De Nederlandse Opstand
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

5.4 De Nederlandse Opstand

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Luther en Calvijn zijn hervormers
A
Waar
B
Niet waar
C
alleen Luther
D
alleen Calvijn

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Kenmerkend aspect 
Het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van een Nederlandse staat.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom begin de reformatie?

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Reformatie is ...
A
Het oprichten van een nieuw geloof
B
De scheiding binnen de protestantse kerk
C
De scheiding binnen de katholieke kerk
D
De scheiding binnen de christelijke kerk

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een verschil tussen Luther en Calvijn?
A
Calvijn bleef bij de kerk, Luther niet
B
Luther werd gestraft, Calvijn niet
C
Calvijn vond dat vorsten afgezet mochten worden
D
Luther geloofde in predestinatie

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Luther was...
A
Een humanist
B
Een monnik
C
Een paus
D
Een hervormer

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

             Leerdoelen  
Je kunt kort het bestuur in de Nederlanden in 1500 beschrijven aan de hand van de begrippen: landsheer, stadhouder en Staten.

Je kunt vier redenen noemen voor toenemende onvrede over het beleid van Filips II in de Nederlanden.


Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bestuur
- De Nederlanden hadden één landsheer (Karel 5 vanaf 1515), maar vormden verder geen eenheid.

- De landsheer was in elk gewest apart hertog of graaf en benoemde er vaak een plaatsvervanger: de stadhouder. 

- Alle gewesten hadden eigen wetten en privileges en een eigen bestuur, de Staten. Ook de steden bestuurden zichzelf.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nederlandse gewesten onder Karel V in 1543. 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bestuur van de Nederlanden








  • Elk van de zeven gewesten had een eigen bestuur: de gewestelijke staten
  • Zij namen vooral beslissingen die hun eigen gewest aangingen. Ze hadden hun eigen regels en wetten. 
  • Het was een  heel gedoe om belastingen op te halen (moest veel onderhandeld worden en de oude privileges moesten eerst vastgelegd worden.)
  • De landvoogd(es) is de representant van de keizer. 
  • Binnen ieder gewest werd er een plaatsvervanger van de keizer aangesteld: de Stadhouder



Slide 11 - Tekstslide

Film Michiel de Ruyter
Centralisatie van het bestuur








  • Alles vanuit één punt besturen is veel handiger --> centralisatie 
  • Om dit vorm te geven ging hij verder met een al bestaand gebruik, hij liet alle afgevaardigden bij elkaar komen in de Staten-Generaal. 
  • Karel creëerde een rechtbank in Mechelen en  stelde speciale raden in die hem adviseerden.
  • Niet iedereen, vooral edelen maar ook sommige burgers, was blij met deze veranderingen. Ze vonden dat de acties van Karel in strijd waren met hun privileges
Het bestuur van de Nederlanden onder de Habsburgers.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Particularisme 
Het streven van steden en gewesten om zo onafhankelijk mogelijk te zijn.
  • Eigen bestuur
  • Eigen wetten en regels
  • Eigen rechtspraak

Centralisme
Het streven de vorst om voor een groot van zijn gebied één centraal bestuur en rechtspraak op te zetten.
  • Hoofdstad Brussel
  • Rechtbank Mechelen

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Strijd tegen de ketters







  • Karel V was katholiek, veel mensen in de Nederlanden waren het eens met Luther en Calvijn (protestanten). Deze mensen werden ookwel ketters genoemd.  
  • Hij wilde echter dat al zijn onderdanen katholiek waren --> plakkaten (bron 11)
  • Door nalatigheid van de stadsbesturen kwam er weinig terecht van het ''bloedplakkaat''. 

'Hagepreek buiten Utrecht', schilderij van Bastiaan de Poorter, 1860.

Een hagenpreek was een bijeenkomst in een open veld.
Hagenpreken werden in de Nederlanden gehouden door calvinisten, omdat openlijke geloofsuitoefening hen verboden was.

De hagenpreken vonden plaats vanaf ongeveer 1562.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kritiek op Filips 2
  1. Filips ging door met de centralisatiepolitiek, 
  2. Hij trad harder op tegen het protestantisme (calvinisme) 
  3. Hij vroeg voor een oorlog tegen Frankrijk hoge belastingen en 
  4. Hij  benoemde op hoge posities vertrouwelingen van buiten de Nederlanden.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1566 Het Smeekschrift
  • Lagere edelen bieden op 5 april 1566 ' het Smeekschrift 'aan.de landvoogdes Margaretha van Parma aan
  • Ze vroegen hierin om de kettervervolgingen te matigen
  • WvO vroeg om godsdienstvrijheid
  • Margaretha laat tijdelijk de plakkaten en inquisitie stopzetten tot een beslissing van Filips II volgt

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beeldenstorm 1566

ongewenst gevolg: Hagenpreken (bijeenkomsten van calvinisten in open lucht)-> na zo'n hagenpreek in Vlaanderen--> Beeldenstorm
Filips II is woedend, stuurt Alva met een leger, Margaretha wordt vervangen.

WvO vlucht naar Duitsland  en verzamelt een leger waarmee hij 1568 de Nederlanden binnenvalt

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Willem prins van Oranje-Nassau

  • 1568 Slag bij Heiligerlee: legers Alva vs Willem van Oranje in de Nederlanden=> begin Nederlandse Opstand.
  • 1 april 1572 watergeuzen nemen Den Briel in: Hollandse en Zeeuwse steden kiezen kant Opstand,--> meer geld naar Opstand en benoemen W.v.O. als stadhouder. Hoop opstandelingen is dat Spanje is te verslaan. 

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Je kunt uitleggen wat de Unie van Utrecht is. 

 Je kunt beschrijven wat het plakkaat van Verlatinghe was.



Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Video

Deze slide heeft geen instructies

1570: Filips II komt in geldnood: oorlog in Ottomaanse rijk, kon soldij voor soldaten niet meer betalen
1576: Spaanse soldaten trekken moordend en plunderend door Vlaanderen en Brabant , groot deel Nederlanden sluit zich aan bij Opstand.

1579: de Unie van Utrecht:
Militair en politiek bondgenootschap van een groot deel van de Nederlanden tegen Spanje

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Plakkaat van Verlatinghe (1581)

 De zeven gewesten besloten Filips niet meer als vorst te erkennen. Zochten een nieuwe landsheer. Lukte niet, in 1588 besloten de Staten om verder te gaan als de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. 
1648: Vrede van Munster/einde Tachtigjarige oorlog

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nieuwe landvoogd Parma veroverde Vlaanderen en Brabant.  
1584: WvO vermoord door een fanatieke katholiek.  
In 1585 veroverde hij (Parma) ook Antwerpen en steden in het noorden en oosten.
 Filips II dacht dat hij zou winnen: wilde nu ook afrekenen met Engeland, laat armada (enorme oorlogsvloot) optuigen--> deze gaat in 1588 ten onder, dat was gunstig voor de Opstand..
1588: de Staten roepen de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden uit.  
1648: Vrede van Munster=einde 80-jarige oorlog en erkenning van de Republiek door Spanje

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is geen oorzaak van de Nederlandse Opstand?
A
Centralisatie.
B
Kettervervolgingen.
C
Reformatie.
D
Armoede.

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Noem de oorzaken van de Nederlandse Opstand

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Filips II was een:
A
Katholiek
B
Protestant
C
ketter
D
Koning van Spanje

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat was Filips II niet?
A
Koning van Mexico
B
Landsheer van de Nederlanden
C
Koning Frankrijk
D
Koning van Spanje

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom kwam er tijdelijk een einde aan de kettervervolgingen?
A
Filips II zag dat de ketters ook mensen waren!
B
Filips II wilde de ketters nog een kans geven!
C
De edelen kwamen met een smeekschrift om ketterwetgeving op te heffen!
D
De boeren kwamen met een smeekschrift om wetgeving op te heffen!

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

wat is SMEEKSCHRIFT van de KETTERVERVOLGINGEN?
A
oorzaak
B
aanleiding
C
gevolg

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zet in de juiste volgorde van de tijd. 
1
2
3
4
De Nederlandse Opstand
Beeldenstorm
Vervolgen van Ketters
De Reformatie

Slide 32 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Filips wilde dat iedereen protestant was
Centralisatie was een oorzaak voor de Nederlandse Opstand
Willem van Oranje was de leider van de opstand
De Hertog van Alva werd meteen erg populair
Goed
Fout

Slide 33 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Plaats  kenmerkende aspecten in  chronologische volgorde
1
2
3
4
het begin van de nieuwe wetenschappelijke belangstelling
de Nederlandse opstand
de protestantse reformatie 
opkomst van de stedelijke burgerij

Slide 34 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Beeldenstorm
Filips II volgt Karel V op
Begin Nederlandse Opstand
Onafhankelijke Nederlandse staat
1588
1566
1555
1568

Slide 35 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Renaissance
Expansie 
Reformatie
Nederlandse Opstand

Slide 36 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies