Humor, les 5

Deze les
Bespreken gedichten
Uitleg Esprit
Stijlfiguren
Opdracht


1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Deze les
Bespreken gedichten
Uitleg Esprit
Stijlfiguren
Opdracht


Slide 1 - Tekstslide

Esprit
'Geest' ofwel: geestige formulering

Slide 2 - Tekstslide

Stijlfiguren
Wikipedia zegt hierover:

'Een stijlfiguur, uit het Latijn figura, of stijlmiddel is het doelbewuste gebruik van een of meer woorden die afwijken van de gebruikelijke betekenis.

Dit wordt met name in de literatuur en de retorica veel gebruikt om een bepaald effect bij de lezer te bereiken. Vaak wil men hiermee de aandacht van de lezer trekken en hem op een belangrijk punt wijzen.`

Slide 3 - Tekstslide

Stijlfiguren:
Woordspelingen                                                          Vergelijking
Neologismen
Hyperbool                                    Metafoor
Understatement
Litotes                                                                   Synesthesie
Eufemisme
Dysfemisme                               Personificatie

Slide 4 - Tekstslide

Woordspelingen
Woordspeling; een spel met woord(en).  Soms een combinatie van woorden, om mensen op het verkeerde been te zetten of te laten nadenken.


Slide 5 - Tekstslide

Neologismen
zelfbedachte woorden..




Slide 6 - Tekstslide

Hyperbool
Overdrijving..

Bijvoorbeeld: absoluut, waanzinnig, eeuwen wachten, doodgaan van de honger, duizend keer gezegd

Slide 7 - Tekstslide

Understatement
Onderdrijving..

Bijvoorbeeld: Het regent een beetje, Cruijff trapt een aardig balletje, een beetje verbaasd

Slide 8 - Tekstslide

Opdracht
Analyseer jouw gedicht
Onderstreep (met verschillende kleuren) de besproken stijlfiguren:
      Woordspeling
      Neologismen
      Hyperbool
      Understatement

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Litotes
Het tegenovergestelde ontkennen;
dat is niet niks, zij is niet lelijk,
zij kon er niet om lachen,
dat was dus niet bepaald een succes.

Slide 11 - Tekstslide

Eufemismen
Verzachtende, afzwakkende  omschrijving  van iets onaangenaams. Iets wordt mooier of vriendelijker gemaakt.





heengaan, naar een betere wereld gaan, verscheiden, inslapen, ontslapen, de ogen sluiten, de weg van alle vlees gaan, de grote reis aanvaarden, het moede hoofd neerleggen (voor: 'doodgaan' of 'sterven');


baanloos, inactief, werkzoekend, niet betrokken bij het arbeidsgebeuren (voor: 'werkloos');

Slide 12 - Tekstslide

Dysfemisme
Grove, versterkende beschrijving. Beledigender alternatief.
Voorbeeld: stinkhok, in plaats van toilet. Morsdood, in plaats van overleden.

Leraar: “Anton is verbaal zeer begaafd en goed te verstaan”

Ouder:” Bedoelt u dat hij een grote bek heeft?

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide