09022021

1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Je hebt opdracht 2 van blz. 31 gemaakt. Maak een foto van deze opdracht in je schrift en plaats 'm hier.

Slide 8 - Open vraag

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Lees het groene blok op blz. 60
timer
1:00

Slide 12 - Tekstslide

Sleep de kenmerken van de woordsoorten naar de juiste woordsoort.
Zelfstandig naamwoord
Bijvoeglijk naamwoord
Woord voor een mens, dier, plant, ding of gevoel.
Heeft meestal een enkelvoud en een meervoud.
Je kunt er vaak een verkleinwoord van maken.
Je kunt er meestal 'de', 'het' of 'een' voor zetten.
Een eigennaam is een vorm van deze woordsoort.
Deze woordsoort zegt iets over het ZN.
Deze woordsoort staat meestal vóór het ZN.
Deze woordsoort heeft een korte en een lange vorm.
Je kunt vaak de trappen van vergelijking erop toepassen.
Er bestaat ook een stoffelijke variant van deze woordsoort.

Slide 13 - Sleepvraag

Nieuw Nederlands 
6e editie - 1 VWO 
Grammatica - Woordsoorten
Opdracht 2 van blz. 61

Slide 14 - Tekstslide

Stoffelijk
bijvoeglijk 
naamwoord
Bijvoeglijk 
naamwoord
gemaakt
van een 
werkwoord
1. gebakken broden 
2. linnen broeken

3. gevlochten haren

4. strooien hoeden
5. katoenen jurken

6. gevouwen lakens
7. geweven stoffen
8. papieren mutsen

9. bevroren ramen
10. verkregen rechten

11. stoffen tassen

12. stenen zuilen

Slide 15 - Sleepvraag

Ik kan snap wat een (stoffelijk) bijvoeglijk naamwoord is en kan het herkennen in een tekst.
😒🙁😐🙂😃

Slide 16 - Poll

timer
1:00

Slide 17 - Tekstslide

bepaald lidwoord
onbepaald lidwoord
abstract zelfstandig naamwoord
concreet zelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord - eigennaam
bijvoeglijk naamwoord
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

Slide 18 - Sleepvraag

bepaald lidwoord
onbepaald lidwoord
abstract zelfstandig naamwoord
concreet zelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord - eigennaam
bijvoeglijk naamwoord
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

Slide 19 - Sleepvraag

bepaald lidwoord
onbepaald lidwoord
abstract zelfstandig naamwoord
concreet zelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord - eigennaam
bijvoeglijk naamwoord
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

Slide 20 - Sleepvraag

bepaald lidwoord
onbepaald lidwoord
abstract zelfstandig naamwoord
concreet zelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord - eigennaam
bijvoeglijk naamwoord
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

Slide 21 - Sleepvraag

bepaald lidwoord
onbepaald lidwoord
abstract zelfstandig naamwoord
concreet zelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord - eigennaam
bijvoeglijk naamwoord
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

Slide 22 - Sleepvraag

bepaald lidwoord
onbepaald lidwoord
abstract zelfstandig naamwoord
concreet zelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord - eigennaam
bijvoeglijk naamwoord
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

Slide 23 - Sleepvraag

bepaald lidwoord
onbepaald lidwoord
abstract zelfstandig naamwoord
abstract zelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord - eigennaam
bijvoeglijk naamwoord
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

Slide 24 - Sleepvraag

bepaald lidwoord
onbepaald lidwoord
abstract zelfstandig naamwoord
concreet zelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord - eigennaam
bijvoeglijk naamwoord
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

Slide 25 - Sleepvraag

bepaald lidwoord
onbepaald lidwoord
abstract zelfstandig naamwoord
concreet zelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord - eigennaam
bijvoeglijk naamwoord
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

Slide 26 - Sleepvraag

En dan nu zelf aan de slag!
Geen huiswerk, maar je kan oefenen met het bijvoeglijk naamwoord als je dat wil. Linkje in de chat van teams. 

Tot morgen!

Slide 27 - Tekstslide