In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
De IS lijn geeft de geldmarkt weer
A
Juist
B
Onjuist
Slide 2 - Quizvraag
De MB lijn staat voor
A
Monetair Budget
B
Maximaal budget
C
Monetair Beleid
D
Maximale begroting
Slide 3 - Quizvraag
De IS curve zegt iets over hoe hoog de rente is
A
Juist
B
Niet juist
Slide 4 - Quizvraag
De GA lijn geeft weer...
A
De vraagkant van de goederenmarkt
B
De Geldmarkt
C
Vraag- en aanbod in evenwicht
D
De aanbodkant van de goederenmarkt
Slide 5 - Quizvraag
In de uitgangssituatie is de feitelijke productie .............de potentiële productie
A
groter dan
B
kleiner dan
C
gelijk aan
Slide 6 - Quizvraag
Slide 7 - Tekstslide
Een verhoging van de rente verhoogt de consumptiequote
A
Juist
B
Onjuist
Slide 8 - Quizvraag
Als de overheidsbestedingen toenemen, neemt het inkomen altijd relatief meer toe, gezien het multiplier effect. (sneeuwbal effect)
A
Juist
B
Onjuist
Slide 9 - Quizvraag
Gister zagen we het omgekeerd in het oefen-stencil.
Slide 10 - Tekstslide
Een verandering van de autonome consumptie geeft een verandering langs de IS-lijn
A
langs de IS lijn
B
langs de MB lijn
C
van de IS lijn
D
van de MB lijn
Slide 11 - Quizvraag
Door een verlaging van de overheidsbestedingen verschuift de IS-lijn naar links
A
Juist
B
Onjuist
Slide 12 - Quizvraag
Bij een lagere inflatie dan de verwachte inflatie neemt het geaggregeerde aanbod af
A
Juist
B
Onjuist
Slide 13 - Quizvraag
Stel de overheidsbestedingen nemen toe, de IS lijn verschuift naar rechts, wat gebeurt er dan?
A
De GA lijn verschuift direct naar links
B
De GA lijn blijft gelijk en de inflatie verandert niet
C
De GA lijn blijft gelijk, maar de inflatie verhoogt
D
Er verandert niks
Slide 14 - Quizvraag
Hoe komt het dat de GA lijn nog niet direct verschuift ondanks de hogere inflatie?
A
Door loon- en prijsrigiditeit
B
Door loon- en prijsflexibiliteit
Slide 15 - Quizvraag
Slide 16 - Tekstslide
Wat houdt loon- en prijsrigiditeit in?
A
De lonen en inkoopprijzen stijgen
B
De lonen en inkoopprijzen dalen
C
De lonen en inkoopprijzen blijven gelijk
Slide 17 - Quizvraag
Slide 18 - Tekstslide
Op de lange termijn blijft grijpt de bank in tot het oude inkomen Y0, een hogere rente, en een hogere inflatie
A
Juist
B
Onjuist
Slide 19 - Quizvraag
Op basis van bovenstaande analyse (uitgewerkt in drie stappen) maar ook op basis van andere voorbeelden kunnen we concluderen dat stimulerend begrotingsbeleid en stimulerend monetair beleid slechts een tijdelijk effect hebben op het inkomen.
Op de lange termijn zorgt de centrale bank ervoor (via een verhoging van de rente) dat de economie weer terugkomt in het langetermijnevenwicht waarbij de feitelijke productie gelijk is aan de potentiële productie (Y0 = Y*).
Slide 20 - Tekstslide
Stap 1: KT
Slide 21 - Tekstslide
Stap 2: aanpassingen inflatieverwachtingen
Slide 22 - Tekstslide
Stap 3: LT
Slide 23 - Tekstslide
Lees de stof door, arceer belangrijke begrippen, maak een samenvatting.